Ministerspeech schrijven

De ministerspeech
1 / 50
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 50 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 9 vidéos.

Éléments de cette leçon

De ministerspeech

Slide 1 - Diapositive

Speech voor homohuwelijk New York (2009)
Vragen bij dit fragment: 

  1. Welke tegenargumenten weerlegt ze en hoe doet ze dat?
  2. Hoe legt ze een band met het publiek? 

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Speech Senator Savino (december 2009)
  1. Welke tegenargumenten weerlegt ze en hoe doet ze dat?
  2. Hoe maakt ze contact met het publiek? 


Slide 4 - Diapositive

Tegenargumenten

De heiligheid van het huwelijk wordt geschonden
   - Niet door het homohuwelijk, maar door allerlei commerciële hetero-ellende

Het homohuwelijk is angstaanjagend
   - Nee, want er valt niets te vrezen van mensen die elkaar liefhebben

Slide 5 - Diapositive

Contact met het publiek
  • Ze gebruikt mensen die alle aanwezigen kennen als voorbeelden: andere senatoren
  • Ze vertelt een anekdote: de fietstaxi
  • Ze maakt zichzelf belachelijk: ze is single, boven de veertig en niet zo goed in relaties
  • Ze nodigt het publiek uit om samen met haar geschiedenis te schrijven

Slide 6 - Diapositive

Effect speech

- eerste homohuwelijk in 2011 in New York (2004 eerste in VS)
- in Nederland was dat in 2001


Slide 7 - Diapositive

Debat

Slide 8 - Diapositive

Begin speech 'Drinkbewijs'

Slide 9 - Diapositive

Begin speech 'Drinkbewijs'
Heroïne, LSD, Speed, XTC, opium en GHB. Wat hebben al deze namen gemeen? Het zijn allemaal harddrugs en toch mist er iets in dit rijtje, namelijk.. alcohol. Alcohol is ook een harddrug door de zeer verslavende werking die het heeft op je lichaam en doordat het toch zoveel schade toebrengt. Harddrugs zijn sinds de opiumwet uit 1928 allemaal verboden en alcohol niet. Wij vinden dit vreemd. Per jaar drinkt één persoon gemiddeld 7 liter pure alcohol. Beeldt u eens in 7 liter puur vergif, wat wij allemaal per jaar binnenkrijgen. 

Slide 10 - Diapositive

Opdracht
Kijk naar de volgende ministerspeech van het debat en vul het schema in 

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Belang van een goede opening

- eerste 20/30 seconden zijn van cruciaal belang

- de luisteraar moet getriggerd worden om verder te luisteren

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Schrijf in tweetallen een ministerspeech: 
(schrijf de opening helemaal uit, de rest mag in steekwoorden)

- Alcoholproducten moeten twee keer zo duur worden
- Alle doping in de sport moet legaal worden
- Alleen mensen onder de pensioenleeftijd moeten verkiesbaar zijn
- Alle leerlingen moeten elk jaar minimaal één boek lezen over de Tweede Wereldoorlog
- Als een moeder na de bevalling weer gaat werken, moet de partner drie maanden thuis blijven

timer
15:00

Slide 15 - Diapositive

Kies de beste opening van de ministerspeech
Lees in je groepje elkaars speeches en bepaal samen welke speech het beste is

Slide 16 - Diapositive

'Sport gaat om de beste kant van jezelf te laten zien. Doping verandert je kwaliteiten; je wordt beter, sneller, sterker. Maar is dat nou echt waar sport om draait?'

'Doping, waarom het menselijk lichaam limiteren als we nieuwe grenzen kunnen bereiken met prestatieverbeterende drugs, zoals doping?' 

'In 2024 heeft de gemiddelde man de helft aan testosteron als in 1960, dus hebben alle mannen doping nodig. Anders blijven er geen mannen meer over'
'Zoals we weten is alcohol altijd leuk voor een feestje, maar sommige mensen draaien door in het drinken van alcohol, waarbij een deel zich zelfs de dood indrinkt. Natuurlijk is het enorm lastig om alcohol te verbieden [...] 

'Ik neem je mee terug naar 5 weken geleden. Ik had net een zware werkdag achter de rug. Ik had zoveel last van krampen door mijn ongesteldheid. Toch ben ik met mijn vader naar een festival gegaan. De pijn was zo erg dat ik niet eens meer normaal kon lopen. Maar toen ik mijn eerste biertje op had was de pijn meteen weg. Alcohol heeft dus een verdovende werking' 

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

'Stel je voor: je loopt door de straat en ziet een stel jongeren hakenkruisen op een muur tekenen. Zij hebben waarschijnlijk geen idee wat het teken inhoudt of wat het met mensen kan doen.'

'5 mei 1945, de bevrijding van Nederland. Veel mensen vieren de bevrijding, maar we kunnen niet vergeten hoeveel mensen er gestorven zijn. Daarom is het zo belangrijk dat iedereen hieraan blijft denken; vooral de jeugd.' 

'Jullie weten vast allemaal dat vrouwen minder verdienen dan mannen, voor hetzelfde werk ... 
'Biden, de president van Amerika, is al 81 jaar. Hij stelt zichzelf weer verkiesbaar. Over vier jaar is hij al 85 jaar en vinden veel mensen hem niet meer geschikt als president vanwege zijn leeftijd. Wie weet houdt hij het vier jaar niet meer vol, omdat hij ziek wordt of komt te overlijden.'

'Hier in Nederland vinden we alcohol heel normaal, maar het is eigenlijk helemaal niet normaal. Het is super verslavend en maakt je geen beter mens...'


Slide 19 - Diapositive

Onderwerp + kernboodschap eigen speech

Slide 20 - Question ouverte

Argumentatie
                           Eugène Sutorius (professor strafrecht)


Als we denken dat we het met alleen de argumenten wel halen, komen we van een koude kermis thuis.
“Niet meer dan 50% van beslissingen in de rechtszaal berust slechts op argumentatie”

Slide 21 - Diapositive

Soorten argumentatie
  • Ethos
  • Pathos
  • Logos 

Slide 22 - Diapositive

Retorica van Aristoteles
Argumenteren zelf is een talige bezigheid, maar om te overtuigen is vaak meer nodig dan alleen een goed argument. Binnen de argumentatieleer richt de retorische leer zich op de kunst van de welsprekendheid of het overtuigen. Aristoteles verstaat onder ‘retorica’ de “vaardigheid om geschikte overtuigingsmiddelen te vinden om in een redevoering te gebruiken” (bron [1] p. 49).

Drie overtuigingsmiddelen
- ethos
- pathos 
- logos

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

Ethos
Ethos is direct of indirect verwijzen naar de eigen kwaliteiten van de spreker, of van een andere autoriteit. Ethos is volgens Aristoteles het sterkste overtuigingsmiddel: “een publiek dat vertrouwen heeft in de spreker zal geneigd zijn diens standpunt te aanvaarden”. Als een spreker zijn taalgebruik aanpast aan het publiek dat hij voor zich heeft, houdt de spreker rekening met de ethos. Het gebruiken van bekendheden in reclamecampagnes kan ook als typisch voorbeeld worden gezien.

Slide 25 - Diapositive

Ethos





Robert Kennedy over de dood van Martin Luther King                                                    Best man speech (Four weddings and a funeral)







- binding met het onderwerp                                                                                                       - zelfrelativering maakt je sympathiek
- ik ben een van jullie (gedeeld doel met publiek)                                                              - begrip tonen en complimenten geven 
Het publiek moet jou als persoon gaan vertrouwen

Slide 26 - Diapositive

Pathos
Pathos is inspelen op de emoties van het publiek. De “I have a dream”-speech van Martin Luther King is een prachtig voorbeeld van sterk gebruik van pathos, maar ook wervingscampagnes waarop zielige kinderen of stervende dieren zijn te zien vallen onder het gebruik maken van dit overtuigingsmiddel. Als we dit verder doortrekken kunnen we ook reclamecampagnes die ons het gevoel geven dat we ergens bij moeten horen onder pathos scharen.

Slide 27 - Diapositive

Pathos



 

  
  Mad Men 'The carousel'
Spreek de emoties van je publiek aan

Slide 28 - Diapositive

Logos
Logos is overtuigen door middel van argumenten, waarbij de logica van groot belang is. Waar pathos een beroep doet op het hart, doet logos een beroep op het hoofd. Alle logische gevolgtrekkingen vallen hieronder. 

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Vidéo

Hoe ga je ethos, pathos en logos in je speech verwerken? 

ethos: het publiek moet jou als persoon gaan vertrouwen

pathos: spreek de emoties van je publiek aan

logos: overtuig je publiek met goede/ logische argumenten

Speechboekje Tekst 3

Slide 31 - Diapositive

Opening van een speech

Slide 32 - Diapositive

Belang van een goede opening

- eerste 20/30 seconden zijn van cruciaal belang

- de luisteraar moet getriggerd worden om verder te luisteren

Slide 33 - Diapositive

Verhaal/ anekdote
Eenmaal gestart willen mensen altijd weten hoe een verhaal afloopt. Het is dus heel slim om je speech te starten en af te sluiten met hetzelfde verhaal 

Slide 34 - Diapositive

Prikkelende vraag, stelling of bijzondere feiten

Slide 35 - Diapositive

Quote

- boeken
- andere speeches
- liedjes
- films



Slide 36 - Diapositive

Welke quotes ken je?

Slide 37 - Question ouverte

Voorbeelden van quotes
Hasta la vista baby
I’ll be back 
May the force be with you
You talking to me? 
I’m gonna make him an offer he can’t refuse 
ik is klein en hij is groot, …

Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Vidéo

Slot van een speech

Slide 40 - Diapositive

Slot van een speech

- kernboodschap herhalen

- weer afsluiten waar je begonnen bent

- originele uitsmijter

Slide 41 - Diapositive

Opdracht

Denk na over het begin en het einde van je speech

Slide 42 - Diapositive

Begin van je speech

Slide 43 - Question ouverte

Einde van je speech

Slide 44 - Question ouverte

Stijl

Slide 45 - Diapositive

Hoe word je een goede spreker? 
8 tips voor een goede speech
Speechboekje Tekst 4

Slide 46 - Diapositive

Severn Suzuki. Canadees meisje van 13 dat in 1992 tijden top over het milieu de show stal.

Hoe pakt zij je? Hoe maakt ze zaken concreet?
Welke stijlmiddelen gebruikt ze?

Slide 47 - Question ouverte

Stijl
Contrastgebruik een tegenstelling om je punt te maken
Omkering: probeer een spreuk of vergelijking om te draaien
Drieslag: gebruik opsommingen van drie
Dilemma: stel je publiek voor een keuze
Q&A: stel een vraag, die je zelf beantwoordt

Herhaling: begin steeds met dezelfde woorden 

Combinaties: een combinatie van bovenstaande opties 

Speechboek

Slide 48 - Diapositive

Slide 49 - Vidéo

Slide 50 - Vidéo