Samengestelde zinnen
1 / 14
La durée de la leçon est: 15 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
Voegwoord bij 2 hoofdzinnen
(nevenschikkend)
Voegwoord bij hoofdzin en bijzin
(onderschikkend)
en
maar
want
omdat
terwijl
dat
Slide 3 - Question de remorquage
Ik ga vroeg naar school, want ik heb een toets.
Dit is een....
Dit is een....
A
hoofdzin + hoofdzin
B
hoofdzin + bijzin
C
bijzin + hoofdzin
D
bijzin + bijzin
Slide 4 - Quiz
Ik hoop dat ik een voldoende heb.
Dit is een....
Dit is een....
A
hoofdzin + hoofdzin
B
hoofdzin + bijzin
C
bijzin + hoofdzin
D
bijzin + bijzin
Slide 5 - Quiz
Ga jij ook of blijf je thuis?
Dit is een....
Dit is een....
A
hoofdzin + hoofdzin
B
hoofdzin + bijzin
C
bijzin + hoofdzin
D
bijzin + bijzin
Slide 6 - Quiz
Hij baalt, omdat hij geen geld heeft.
Dit is een....
Dit is een....
A
hoofdzin + hoofdzin
B
hoofdzin + bijzin
C
bijzin + hoofdzin
D
bijzin + bijzin
Slide 7 - Quiz
Terwijl ik het gras maai, doe jij helemaal niks.
A
hoofdzin + hoofdzin
B
hoofdzin + bijzin
C
bijzin + hoofdzin
D
bijzin + bijzin
Slide 8 - Quiz
Ik begrijp dat er in een enkelvoudige zin één persoonsvorm staat.
😒🙁😐🙂😃
Slide 9 - Sondage
In een samengestelde zin kan ik alle persoonsvormen vinden.
😒🙁😐🙂😃
Slide 10 - Sondage
Ik begrijp het verschil tussen een hoofdzin en een bijzin.
😒🙁😐🙂😃
Slide 11 - Sondage
Ik kan het verschil tussen een nevenschikkend en een onderschikkend voegwoord uitleggen.
😒🙁😐🙂😃
Slide 12 - Sondage
Ik vind dit een leuke werkvorm.
😒🙁😐🙂😃
Slide 13 - Sondage
Ik vind deze Lesson Up duidelijk
😒🙁😐🙂😃
