2.9 last writing advice & speaking preparations

• Engels
• MBO
• Studiejaar 3

blok 2

2.1  introduction to writing

2.2 writing

2.3 writing

2.4 writing

2.5 end of year quizzz

Christmas Holiday

2.6 writing + speaking

2.7 speaking + speaking

2.8 writing + speaking

2.9 last writing recap + speaking 

BLOKWEEK 2

what is a the worst thing that can happen on a first date?

First dates UK 

Awkward situations

01:16

What kind of art does the guy make?

01:48

Deze jongen heeft het nummer van de serveerster en gaat misschien met haar uit

1. waar
2. niet waar

02:12

Question 3: What is usually the best option when it comes to paying the bill?

1. the man pays
2. the woman pays
3. both pay half
4. run off and don't pay at all

02:46

Question 4: What made this scene so uncomfortable?

1. he tells her to ‘shut up’
2. they both insist on paying the bill
3. something you can tell by the waitresses’ face

03:05

Question 5: These people have never dated before, despite (ondanks)…?

1. their looks
2. their humour
3. their wealth
4. their age

04:00

Question 6: What are their occupations?

1. He’s a man of science and she works in education
2. He’s a nerd and she’s a teacher
3. He’s a teacher and she’s a nerd
4. They’re both unemloyed

05:22

These people both seem insecure about something, what is it?

06:20

Question 8: What was the fuss about on the ‘make up’ date?

1. He said she had put on too much make up for his liking
2. He said he doesn’t usually fall for girls that wear a lot of make up
3. He said he hated the way she did her make up
4. He said he has never dated a girl with a lot of make up on

07:27

Question 9: Why was this date so awkward?

1. they know each other
2. they're related to each other
3. they were once engaged
4. they've dated before

08:21

Question 10: What was Harry’s response to her food choice?

1. he tried to make her feel bad about it as he strongly disapproved
2. he hated her for it and that’s why he didn’t want her
3. he didn’t mind but he had to say something about it
4. he didn’t approve of it but didn’t intend to make her feel bad

09:46

What did the girl want?

1. to share his food
2. to go home with him
3. to lick his cutlery
4. to get drunk

11:55

"I feel bad, I feel rotten" zegt de man aan tafel.

Serveerder: But ....
Waar zegt de serveerder dan iets over?

1. over zijn gewicht
2. over zijn emoties
3. over zijn eetlust
4. over zijn haarstijl

About the exam (in Dutch)

• Generiek examen (A2 niveau)
• duur: 1 uur
• 3 schrijfproducten: 2 persoonlijke berichten (e-mails) en een invulformulier
• het is digitaal: computer
• je mag een NL-EN woordenboek gebruiken
• ben op tijd!!!

About the exam (in Dutch)

Wat verwachten we op A2 niveau?

1. voldoende woordenschat om vertrouwde dingen te omschrijven zoals over familie, hobby's, werk, reizen en actuele gebeurtenissen

2. eenvoudige constructies, juiste vorm van tegenwoordige tijd (VT mogen nog foutjes in gemaakt worden)

3. eenvoudige zinnen in zoveel mogelijk de juiste (Engelse) woordvolgorde

4. lopende tekst die over het algemeen begrijpelijk is. Gebruik van hoofdletters, punten en vraagtekens. Spellingfouten mag zolang fonetisch duidelijk is wat bedoeld wordt.

5. een samenhangend geheel bij voorkeur door gebruik van voegwoorden zoals: en, maar, omdat  (and, but, because)

About the exam (in Dutch)

Beoordeling

1. Inhoudskenmerken

- zorg dat je alle opdrachten maakt -> 1 niet gemaakt, examen wordt niet beoordeeld

- zorg dat je alle punten binnen een opdracht verwerkt, 1 gemist punt kan zorgen voor puntaftrek

2. Woordenschat

3. Grammatica

4. Coherentie

5. Spelling en interpunctie

Tips and information - informal e-mail

Algemene tips en informatie

1. Gebruik juiste aanhef en afsluiting: Dear ...... / Kind regards,/Best regards,

2. Informeel taalgebruik, geen moeilijke woorden (maar geen sms-taal: thnx, gr8)

3. Afkortingen mogen: I'm, we don't, you haven't got

4. Een zin met I beginnen MAG (schrijf I altijd met een hoofdletter!)

5. Let op juist gebruik van de tijden (bv tegenwoordige tijd stam+s bij he/she/it)

Tips and information (general)

Algemene tips en informatie

1. Lees de opdracht eerst helemaal door

2. Zet een kruisje bij wat je verwerkt hebt

3. Gebruik juiste aanhef en afsluiting

4. Maak eerst een kladversie

5. Gebruik een woordenboek (maar niet teveel)

6. Zoek naar de juiste vertaling, pak niet altijd meteen de eerste optie

7. Zorg voor een nette lay out, juiste interpunctie en corrigeer niet te veel

Vocabulary/synonyms

pitfall - using the same word repeatedly

I like ..... but I also like....

What I most like....

Try to find alternatives. Use your dictionary or.....

Go to www.lessonUp.com 

Type the code

Other ways of saying
'I like'

Other words for saying
'big'

Word order

Basic word order (in short)

Conjunctions

Conjunctions (or linking words or discourse markers)

Help to give your structure; connect words and phrases

Examples:

1. and, but, or, so, yet -> connect sentences

2. because, since, therefore, due to (vanwege) -> explanation, reason

3. first, next, finally, anyway -> conclusion, to sum up

And many more.....

www.thegamegal.com

Spreken 

Presentatie over stage

Het doel van je presentatie is je publiek te informeren over jouw stageperiode.

De presentatie moet tussen de 4 en 6 minuten duren. De volgende punten moeten tijdens de presentatie aan bod komen:

1. Stel jezelf voor.

2. Vertel waar je stage hebt gelopen.

3. Geef een korte beschrijving van het bedrijf of de instelling waar je stage hebt gelopen.

4. Vertel wanneer en hoelang je stage hebt gelopen.

5. Vertel op welke dagen je stage hebt gelopen.

6. Vertel wat je tijdens je stage hebt gedaan. Beschrijf hoe je deze dingen hebt aangepakt.

7. Vertel wat je vond van je stage.

Je beantwoordt ook vragen vanuit het publiek na je presentatie. Dit hoort niet bij de spreektij

gesprekken voeren

Wat ga je doen?

Voor deze opdracht ga je een kennismakingsgesprek voeren met een nieuwe, Engelstalige collega. Jullie stellen jezelf aan elkaar voor. Het gesprek moet ongeveer 4 minuten duren. De volgende punten moeten tijdens het gesprek aan bod komen:

1. Begroet je nieuwe collega.

2. Stel jezelf voor.

3. Vraag naar de naam van je nieuwe collega.

4. Vraag hoe het met je collega gaat.

5. Vraag wat je collega gaat doen op het werk.

6. Vertel hoelang je zelf al bij het bedrijf/de instelling werkt.

7. Vertel wat je mening is over het bedrijf/de instelling.

8. Reageer op de vraag van je nieuwe collega, vertel wat jouw werkzaamheden zijn bij het bedrijf. Noem minimaal twee dingen.

9. Maak een afspraak om later verder te praten.

10. Neem afscheid van je collega.

and now?

you are going to prepare your speaking exam

check your exam booklet on Teams

do you feel you are prepared for the oral exam

yes, definitely

yes, I think so

Maybe, I am not sure yet

No, I would like some more help

No, I will never be ready