Naamwoorden en lidwoorden

1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Er zijn drie lidwoorden.
A
ja
B
nee

Slide 2 - Quiz

De jongste dochter was op vakantie met het vliegtuig.

A
1 lidwoord
B
2 lidwoorden
C
3 lidwoorden
D
4 lidwoorden

Slide 3 - Quiz

Hoe vind je een zelfstandig naamwoord? 
Sleep de juiste antwoorden.
werken
timer
1:00
zelfstandig naamwoord
Je kunt er vaak de, het of een voorzetten
Je kunt er vaak enkelvoud of meervoud van maken.
Je kunt er vaak een verkleinwoord van maken
stoel
klas

Slide 4 - Question de remorquage

De
mooie
bloemen
lidwoord
zelfstandig naamwoord
bijvoeglijk naamwoord

Slide 5 - Question de remorquage

'De' 'het' en 'een' noemen we....
A
Lidwoorden
B
Zelfstandig naamwoorden

Slide 6 - Quiz

Toets
A
Lidwoord
B
Zelfstandig naamwoord

Slide 7 - Quiz

mensen, dieren, dingen, planten, namen en begrippen zijn:
A
zelfstandig naamwoorden
B
Werkwoorden
C
Lidwoord

Slide 8 - Quiz

Wat zijn zelfstandige naamwoorden?
A
de ,het, een
B
namen van:mensen, dieren, dingen, planten en eigen namen
C
werkwoord
D
geen idee

Slide 9 - Quiz

Lopen, nakijken, gapen, skateboarden en invullen zijn voorbeelden van:
A
Zelfstandige naamwoorden
B
werkwoorden

Slide 10 - Quiz

MAN, AUTO, SCHOOL, KIND
Dat zijn ............
A
werkwoorden
B
lidwoorden
C
persoonsvorm
D
zelfstandige naamwoorden

Slide 11 - Quiz

Aardrijkskundige namen zijn ook zelfstandige naamwoorden.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

Zelfstandig naamwoorden zijn dingen die je kunt doen.

A
ja
B
nee

Slide 13 - Quiz

Typ twee zelfstandige naamwoorden.

Slide 14 - Question ouverte

Heb je nog vragen?

Slide 15 - Question ouverte