Hoe komt de overheid aan geld?

Hoe komt de overheid aan geld?
7.3 Hoe komt de overheid aan geld?
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
Economie & OndernemenMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Hoe komt de overheid aan geld?
7.3 Hoe komt de overheid aan geld?

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe komt de overheid aan geld?

Slide 2 - Carte mentale

Leerlingen eigen woordweb laten maken en vervolgens deze klassikaal bespreken. 
Lesdoelen
De leerling:
- kan uitleggen wat indirecte en directe belastingen zijn, wat het verschil is en kan hierbij voorbeelden geven;
- kan uitleggen wat btw inhoudt;
- kan uitleggen wat accijns inhoudt en kent het doel van accijns;
- kan uitleggen wat het draagkrachtbeginsel inhoudt en kan hier voorbeelden van noemen;
- kan uitleggen wat het profijtbeginsel inhoudt en kan hier voorbeelden van noemen;
- kan berekeningen uitvoeren met accijns.

Lesdoelen
Ik kan:
- uitleggen wat indirecte en directe belastingen zijn;
- voorbeelden geven van indirecte en directe belastingen;
- uitleggen wat btw inhoudt;
- uitleggen wat het doel van accijns is;
- uitleggen wat het draagkrachtbeginsel inhoudt;
- voorbeelden geven van het draagkrachtbeginsel;
- uitleggen wat het profijtbeginsel inhoudt;
- voorbeelden noemen van het profijtbeginsel;
- berekeningen uitvoeren met btw.

Slide 3 - Diapositive

Lesdoelen voorlezen en bespreken
Inkomsten van de overheid
De overheid ontvangt belastingen van burgers en bedrijven:
- Als je iets koopt, betaal je btw en soms  accijns
- Iedereen met een inkomen betaalt 
   inkomstenbelasting.
- Werkgevers houden Loonbelasting in op het 
   brutoloon van werknemers.
- Nv's en bv's betalen 
  vennootschapsbelasting over de winst.

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Inkomsten van de overheid
De overheid ontvangt ook niet-belastingontvangsten, bijvoorbeeld:
- Winst overheidsbedrijven
- Boetes

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Directe- en indirecte belastingen
Directe belastingen betaal je rechtstreeks aan de overheid, bijvoorbeeld:
- Loon- en inkomstenbelasting
- Vennootschapsbelasting

Indirecte belastingen (kostprijsverhogende belastingen) zijn verwerkt in de prijs van een product. De winkelier draagt deze belasting af aan de overheid. 
- accijns
- BTW

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

BTW
BTW: Belasting Toegevoegde Waarde


Slide 8 - Diapositive

Starten bij 1:00 stoppen bij 1:56
Accijns
Accijns is een belasting die wordt geheven op producten die slecht zijn voor mens en milieu. 

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Draagkrachtbeginsel
Met een hoger loon, heb je meer financiële draagkracht. Het draagkrachtbeginsel geldt bij inkomens:
Je betaalt over een hoger brutoloon naar verhouding (= in procenten) meer belasting dan over een lager brutoloon.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Profijtbeginsel

- Motorrijtuigenbelasting (wegenbelasting)
     - Voor bezit van een auto
- bpm (belasting op personenauto's en motorrijwielen)
     - Bij aankoop auto
- accijns en btw
     - Bij tanken
Als je ergens gebruik van maakt, heb je er profijt van.
Het profijtbeginsel geldt bijvoorbeeld bij auto's: wie een auto koopt of gebruikt, betaald belasting, zoals:

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Btw en accijns zijn voorbeelden van niet-belastingontvangsten
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

BTW staat voor:

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Accijns is een belasting dat wordt geheven op producten die slecht zijn voor mens en milieu
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een voorbeeld van een belasting dat gebaseerd is op het profijtbeginsel: (twee antwoorden mogelijk)
A
Motorrijtuigenbelasting
B
Loonbelasting
C
Inkomstenbelasting
D
Staatsbelasting

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag
Wat: Maken opdracht 1 t/m 5 van uitgedeelde opdracht
Hoe: Individueel en elkaar helpen
Tijd: 15 minuten
Resultaat: Je hebt geoefend met berekeningen over accijns, aan het einde van de les gaan we deze nakijken.
Klaar: Starten aan opdrachten H7.3.

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag
Wat: Maken 7.3
Hoe: Individueel en elkaar helpen
Tijd: 
Resultaat: Je kunt de leerdoelen van deze les beantwoorden.
Klaar: Geef voor jezelf antwoord op de leerdoelen. lukt dit? Start dan aan 7,4

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Diapositive

Aan de hand van het rad  kijken of deze leerling antwoord kan geven op een van de leerdoelen.

Noteer in agenda:
Huiswerk voor 18-10:
- Afmaken t/m 7.3
- Zorg dat je antwoord kan geven op de leerdoelen

25 oktober toets hoofdstuk 7!

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions