Lesmateriaal Thema 1 - Revoluties

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

Revoluties

Thema 1

maken.wikiwijs.nl

Onderwerpen

De onderwerpen die jullie in dit thema gaan verkennen zijn:

• Slavernij
• De Franse Revolutie
• De industriële revolutie

1 Slavernij

1.1 De driekhoekshandel

Het handelskapitalisme van de VOC en de WIC van de 17e eeuw heeft Nederland veel rijkdom gebracht. Maar tegenwoordig wordt niet alleen positief terug gekeken op deze 'Gouden Eeuw'. Met name de driehoekshandel van de WIC was niet iets om trots op te zijn. Het hoe en waarom van deze driehoekshandel staat centraal in deze opdracht.

Aan het eind van de opdracht:

•     Weet je wat wordt bedoeld met een plantage.
•     Kun je de driehoekshandel tussen Europa, Afrika en Amerika omschrijven.

Opdrachten 1.1

Klik hier om bij de opdrachten te komen

Plusopdrachten

Maak deze opdrachten als je klaar bent met de hoofdopdrachten.

Vraag 1

Spanje en Portugal hebben in de 17e en 18e eeuw de meeste slaven verhandeld van alle Europese landen.

Kun je een verklaring geven waarom dit zo was?

Vraag 2

Bekijk de onderstaande afbeelding. Wat
wilde de tekenaar van deze pret duidelijk
maken?

Vraag 3

Leg uit wat het verband is tussen de grote welvaart in Europa in de 17e en 18e  eeuw en de inzet van slavenarbeiders op plantages in voornamelijk Amerika.

Einde plusopdrachten

Ga verder naar H1.2

1.2 Afschaffing slavernij

Abolitionisme is het streven naar afschaffing van de slavernij. In deze opdracht staat de afschaffing van de slavernij centraal. Je kijkt hoe de toenemende weerstand tegen slavernij in Engeland, Amerika en tenslotte ook in Nederland leidde tot een verbod op slavernij.

Aan het eind van de opdracht:

•     Weet je wat wordt bedoeld met abolitionisme.
•     Weet je in welke periode de slavernij werd afgeschaft.

Naar welke landen en gebieden werden slaven vooral gebracht?

1. Rusland, Indië en Engeland
2. Amerika, India en het Midden-Oosten
3. Amerika, Indië en West-Indië
4. De Antillen, Indonesië en Amerika

Opdrachten 1.2

Klik hier om bij de opdrachten te komen

Leg in je eigen woorden uit wat het begrip abolutionisme betekent

 2 De Franse revolutie

Opdrachten 2

Klik hier om bij de opdrachten te komen

Wie stonden tegenover elkaar in de Franse revolutie?

Tussen welke jaren speelde de Franse Revolutie zich af?

1. Tussen 1790 en 1799
2. Tussen 1865 en 1875
3. Tussen 1769 en 1789
4. Tussen 1789 en 1799

 3 De Industriële revolutie

maken.wikiwijs.nl

Plusopdrachten

Maak deze opdrachten als je klaar bent met de stappen in Wikiwijs.

Plusopdracht 1

Zoek op het internet naar 5 uitvindingen die gedaan zijn tijdens of rond de tijd van de industrialisatie. Zoek de 5 uit die jij het interessantste vind en vertel erbij wat de uitvinding inhoudt. Voeg ook een afbeelding toe. 

Je mag het maken in Google Docs.

4 Modern Imperialisme

Leestekst met opdrachten

Lees de leestekst Modern Imperialisme die je uitgedeeld hebt gekregen. Maak daarna de volgende vragen in LessonUp.

1 Wat wordt er bedoelt met 'imperialisme'?

2. Wat is 'traditioneel imperialisme'?

3. Wat was de motivatie van landen om tot imperialisme over te gaan?

4. Waarom zijn de industriële revolutie en het moderne imperialisme met elkaar verbonden?

5. Welke werelddelen zijn vooral slachtoffer geweest van het Europese imperialisme?

6. Wat is een afzetmarkt?

1. Een markt waarbij je wordt opgelicht
2. Een land of gebied waar goederen verkocht kunnen worden
3. Een markt waar je spullen kunt kopen
4. Een markt voor afzetgoederen

7. Welk gebied is een belangrijke afzetmarkt voor Nederland geweest?

1. Australië
2. Afrika
3. Suriname
4. Nederlands-Indië

8. Waarom zien de mensen van tegenwoordig het imperialisme als gevaarlijk en slecht, denk jij?

9. Wat vind jij van imperialisme. Kan het, of juist niet?

Nakijkblad

1. Landen willen hun macht uitbreiden door gebieden in andere werelddelen te veroveren en overheersen.

2. Traditioneel imperialisme gaat over de ontdekkings- en veroveringstochten in de 15e en 16e eeuw, ten tijde van de ontdekkingsreizigers.

3. Handelsbelangen, grondstoffen, zendingsdrang en hebzucht 

4. Gedurende de industriële revolutie werden er steeds meer goederen geproduceerd. Deze goederen moesten verkocht worden. Doordat de Europese landen steeds meer gebieden overzee gingen overheersen, konden daar de goederen worden verkocht.

Nakijkblad

5. Vooral Azië en Afrika waren slachtoffer van het imperialisme

6. B

7. D

8. Een antwoord als: bij het veroveren van landen vallen vaak doden. Het doet ons terugdenken aan de Nazi-tijd onder Adolf Hitler, er zijn oorlogen door begonnen etc.

9. Eigen antwoord.