H6.1 Trillingen en tussenstof

§6.1 Trillingen en tussenstof
H6 - Geluid
4 basis
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

§6.1 Trillingen en tussenstof
H6 - Geluid
4 basis

Slide 1 - Diapositive

Geluidsbron
Geluid wordt gemaakt door een geluidsbron.
kunstmatige geluidsbron: door de mens gemaakt
natuurlijke geluidsbron: geluiden uit de natuur

Slide 2 - Diapositive

Noem 3 verschillende geluidsbronnen
timer
0:45
Geluidsbron

Slide 3 - Carte mentale

Slide 4 - Vidéo

Geluid heeft een tussenstof nodig om zich te verplaatsen.
Wat is de tussenstof in het plaatje hiernaast?
A
hoofd
B
lucht
C
rails
D
niets

Slide 5 - Quiz

De snelheid van geluid.
geluidssnelheid
Geluidssnelheid:
de snelheid waarmee het geluid zich verplaatst.

Slide 6 - Diapositive

Waarom zie je bij onweer altijd eerst de flits en hoor je daarna pas de knal?
A
De flits en knal ontstaan niet tegelijkertijd.
B
Geluid gaat sneller dan licht.
C
Licht gaat sneller dan geluid.

Slide 7 - Quiz

De snelheid van geluid.
Met deze formule bereken je de afstand die het geluid heeft afgelegd.
afstand = geluidssnelheid x tijd
geluidssnelheid = afstand : tijd
tijd = afstand : geluidssnelheid.

Slide 8 - Diapositive

Zet in de goede volgorde:
Je ziet een bliksemflits. 3 seconde later hoor je de knal.
Bereken hoe ver het onweer van jou vandaan is.
afstand = snelheid x tijd
afstand = 343 m/s x 3 s
afstand = 1029 m

Slide 9 - Question de remorquage

Zet in de goede volgorde:
Petra ziet een vuurpijl ontploffen. Na 2 seconde hoort ze de knal.
Bereken op welke afstand van Petra de pijl ontplofte.
afstand = snelheid x tijd
afstand = 343 m/s x 2 s
afstand = 686 m

Slide 10 - Question de remorquage

Frank staat aan de andere kant in een fabriekshal en slaat met een hamer op een blok. 0,5 seconde nadat je het ziet hoor je de knal.
Bereken hoever Frank van jou vandaan is. (Gebruik 3 stappen)

Slide 11 - Question ouverte

Lees §6.1 en
maak t/m opgave 24

Slide 12 - Diapositive