§3.1 NOVA MAX (H/V)

1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

massa -->
atoomnr -->

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Wat is de massa (in u) van een
kalium-atoom met 20 neutronen
in de kern? Geef korte berekening.

Slide 7 - Question ouverte

Antwoord + uitleg
Wat is de massa (in u) van een kalium-atoom met 20 neutronen in de kern? 
Atoomnr K = 19, dus 19 p+ in de kern
Massa = aantal p+ + n = 19 + 20 = 39 u

Slide 8 - Diapositive

Hoeveel electronen zitten er in
de schillen van een kalium-atoom
en hoe zitten ze verdeeld?

Slide 9 - Question ouverte

Antwoord + korte uitleg
Hoeveel electronen zitten er in de schillen van een kalium atoom en hoe zitten ze verdeeld?
K bevat 19 p+ , dus ook 19 e-
Verdeling: 1e /K schil: 2e- , 2e/L schil: 8 e-  en
3e/M schil 9 e-

Slide 10 - Diapositive

Teken op de wisbord :

Maak foto en lever dat in!

Slide 11 - Question ouverte

Antwoord:

Slide 12 - Diapositive

makkelijker te tekenen:
Dus:
11 p
12 n
11 e 

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Welk atoomsoort heeft 10
protonen?
Geef de notatie incl. atoomnr.

Slide 16 - Question ouverte

Antwoord
Welk atoomsoort heeft 10 protonen?
Geef de notatie inclusief atoomnummer.

  aantal protonen = atoomnummer
 atoomnr 10 = neon
 gevraagde notatie: 10Ne


Slide 17 - Diapositive

Geef de atoombouw
(=aantal p, n en e) van Cl-37

Slide 18 - Question ouverte

Antw: atoombouw Cl-37
Cl heeft atoomnr 17
Atoomnr = aant protonen, dus 17 protonen
Aantal protonen = electronen, dus 17 electronen
Massagetal = 37 = aantal protonen + neutronen
Dus aantal neutronen = 37 – 17 = 20 neutronen.
 DUS: 17 p, 17 e, 20 n


Slide 19 - Diapositive

Geef de atoombouw
(aantal p, n en e) van:

Slide 20 - Question ouverte

Antwoord: atoombouw 
Fe heeft atoomnr 26
Atoomnr = aant protonen, dus 26 protonen
Aantal protonen = electronen, dus 26 electronen
Massagetal = 55 = aantal protonen + neutronen
Dus aantal neutronen = 55 – 26 = 29 neutronen.
 DUS: 26 p, 26 e, 29 n


Slide 21 - Diapositive

Geef notatie (incl massagetal
en atoomnummer) van het atoom
met 87 electronen en 136 neutronen.

Slide 22 - Question ouverte

Antwoord:
Aantal protonen = electronen, dus 87 protonen
Atoomnr = aant protonen
Atoom 87 = francium = Fr
Massagetal = aantal protonen + neutronen
Dus massagetal = 87 + 136 =223

DUS: 

Slide 23 - Diapositive

Schets volgens het atoommodel van
Bohr hoe een C-14 eruit ziet.
(Bohr is met de verschillende schillen.)

Slide 24 - Question ouverte

Antwoord: C-14 volgens Bohr:
C : atoomnr = 6

Dus 6 protonen in kern
Dus 6 electronen in de wolk:
2 electronen in de 1e schil
4 electronen in de 2e schil

14–6 = 8 neutronen in de kern



Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive