1mh taalverzorging hoofdstuk 1 en 2: werkwoorden, lidwoorden en zelfstandig naamwoorden

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Welkom!

Taalverzorging: grammatica
Les 3: werkwoorden


Lesdoel: Ik kan werkwoorden in een zin herkennen.

Zinsdelen
= zinnen in zindelen verdelen (streepjes zetten)
- persoonsvorm
- onderwerp
- werkwoordelijk gezegde
- lijdend voorwerp
- ...

Woordsoorten
= de woorden in soorten verdelen (ieder woord apart)
- lidwoord
- zelfstandig naamwoord
- werkwoord
- voorzetsel
- ...

Welke werkwoorden herken je in de volgende zin: Anouk heeft te veel cadeautjes op haar verlanglijst staan.

Theorie: werkwoorden

De woorden van een zin kun je indelen in woordsoorten. Een van de woordsoorten is het werkwoord (ww). In een zin staat minstens 1 werkwoord.

ww = wat iets of iemand doet of overkomt

~> Een ww kun je vervoegen. Er zijn verschillende werkwoordsvormen

bv: lachen: lach - lacht - lachten - lachte - lachten - gelachen - lachend

Wat is het ww? De wadloopvereniging organiseert een tocht over de wadden naar Schiermonnikoog

1. De wadloopvereniging
2. wadden
3. organiseert
4. over

Wat is het ww? Volg jij 7Days al op Snapchat?

1. Volg
2. jij
3. 7Days
4. al

Wat is het ww? Mijn moeder kijkt altijd om 20.00 uur naar het nieuws

1. Mijn moeder
2. kijkt
3. altijd
4. naar het nieuws

Aan de slag

Maak opdracht 1 t/m 5 op bladzijde 28 - 29 in je boek.
Klaar? Maak opdracht 6 - 7 - 8 op Nieuw Nederlands online (Hoofdstuk 1 - taalverzorging - werkwoorden)
HW: Opdracht 1 t/m 5 blz. 28 - 29

Welkom!

Taalverzorging: grammatica
Les 4: lidwoord en zelfstandig naamwoord

Lesdoel: Ik kan lidwoorden en zelfstandig naamwoorden in een zin herkennen.

De

verkoper

Glimlacht

Werkwoord

Lidwoord

Zelfstandig naamwoord

Theorie: lidwoord en zelfstandig naamwoord

1. Lidwoord: de, het, een                             

~> hoort altijd bij een zelfstandig naamwoord

~> de, het = bepaald lidwoord. Een = onbepaald lidwoord

2. Zelfstandig naamwoord: woord voor mens, dier, plant, ding of gevoel. Eigennamen zijn ook altijd zelfstandig naamwoord (hoofdletter!)

- Vaak heeft een ZN een enkelvoud en meervoud

- Vaak kun je er een verkleinwoord van maken

- Vaak kun je er een lidwoord voor zetten.

Aan de slag

Maak opdracht 1 t/m 5 op bladzijde 58 - 59 in je boek.
Klaar? Maak opdracht 6 - 7 - 8 op Nieuw Nederlands online (Hoofdstuk 2 - taalverzorging - lidwoorden  zelfstandig naamwoord)
HW: Opdracht 1 t/m 5 blz. 58 - 59

Herhaling grammatica

- Zinsdelen:

* Persoonsvorm en zinsdelen

* Onderwerp

- Woordsoorten:

* Werkwoorden

* Zelfstandig naamwoord en lidwoord

Wat is de PV: De zanger zong het liefst zonder microfoon.

1. De zanger
2. microfoon
3. zong
4. liefst

Wat is het onderwerp:
In het weekeinde slaapt Malou vaak uit tot twaalf uur.

1. In het weekeinde
2. Malou
3. slaapt
4. twaalf uur

Wat is het lidwoord: De leraar Engels legde alles uit.

1. De
2. leraar
3. uit
4. Engels

Wat is/zijn de werkwoord(en) in de zin: Wil jij hem op tijd waarschuwen?

1. Wil
2. hem
3. tijd
4. waarschuwen

Aan de slag

Ga naar Nieuw Nederlands online en maak de opdrachten:

- H1 werkwoorden: opdr. 6 - 7 - 8

- H1 persoonsvorm en zinsdelen: opdr. 6 - 7 - 8

- H2 onderwerp: opdr. 6 - 7 - 8

- H2 zelfstandig naamwoord en lidwoord: opdr. 6 - 7 - 8