Oefentoets thema 2 organen en cellen BVJ 1GYM
1 / 33
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Delen van een organisme zijn: cel - orgaan - organenstelsel.
Wat is de juiste volgorde van klein naar groot?
Wat is de juiste volgorde van klein naar groot?
A
cel - orgaan - organenstelsel
B
orgaan - cel - organenstelsel
C
organenstelsel - orgaan - cel
Slide 2 - Quiz
Welke leerling geeft de beste uitleg?
A
Geen van beide leerlingen geeft een goede uitleg.
B
Leerling 1 geeft de beste uitleg.
C
Leerling 2 geeft de beste uitleg.
Slide 3 - Quiz
De afbeelding is een microscopische foto van een deel van een plant. Zijn in deze afbeelding meerdere weefsel te zien of slechts één?
A
meerdere weefsels
B
één weefsel
Slide 4 - Quiz
Hoe heet orgaan nummer 2?
Slide 5 - Question ouverte
Hoe heet orgaan nummer 1?
Slide 6 - Question ouverte
Hoe heet orgaan nummer 3?
Slide 7 - Question ouverte
Hoe heet orgaan nummer 5?
Slide 8 - Question ouverte
Hoe heet orgaan nummer 7?
Slide 9 - Question ouverte
Hoe heet orgaan nummer 6?
Slide 10 - Question ouverte
Hoe heet orgaan nummer 8?
Slide 11 - Question ouverte
Hoe heet orgaan nummer 9?
Slide 12 - Question ouverte
Hoe heet orgaan nummer 10?
Slide 13 - Question ouverte
Hoe heet orgaan nummer 11?
Slide 14 - Question ouverte
Hoe heet orgaan nummer 1?
Slide 15 - Question ouverte
Hoe heet orgaan nummer 5?
Slide 16 - Question ouverte
Hoe heet orgaan nummer 6?
Slide 17 - Question ouverte
Hoe heet orgaan nummer 7?
Slide 18 - Question ouverte
Hoe heet onderdeel 4?
Slide 19 - Question ouverte
Hoe heet onderdeel 6?
Slide 20 - Question ouverte
Met welk nummer is de tubus aangegeven?
Slide 21 - Question ouverte
Met welk nummer is het oculair aangegeven?
Slide 22 - Question ouverte
Hoe heet onderdeel 3?
Slide 23 - Question ouverte
Met welk nummer is het onderdeel aangegeven dat zorgt voor de fijne scherpstelling?
Slide 24 - Question ouverte
Welke functie heeft onderdeel 6?
Slide 25 - Question ouverte
Een leerling wil een preparaat bekijken bij een vergroting van 100x. Welk objectief kan hij dan gebruiken? Leg je antwoord uit.
Slide 26 - Question ouverte
Welke onderdeel scheidt de inhoud van een cel van zijn omgeving?
Slide 27 - Question ouverte
Welk celorganellen hebben een functie bij de energievoorziening van de cel?
Slide 28 - Question ouverte
Celkern
Cytoplasma
Bladgroenkorrel
Celmembraan
Celwand
Vacuole
Slide 29 - Question de remorquage
Aan welke organellen kan je zien dat dit een plantaardige cel is?
Slide 30 - Question ouverte
3 plastiden zijn?
A
bladgroen-, zetmeel-, waterpestkorrels
B
zetmeel-, waterpest-, kleurstofkorrels
C
kleurstof-, paprika-, zetmeelkorrels
D
kleurstof-, bladgroen-, zetmeelkorrels
Slide 31 - Quiz
Welke celorganellen helpen bij het maken van eiwitten?
A
Celkern
B
Bladgroenkorrels
C
Vacuole
D
Ribosomen
Slide 32 - Quiz
Als een sinaasappel rijp wordt, verandert de kleur van groen naar oranje. Welke verandering in plastiden vindt dan plaats?
