3.3 Een onzeker bestaan

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Herhaling 

Paragraaf 3.2

Veranderingen in oude arbeiderswijken

Leefbaarheid is...

1. geschiktheid van je huis om er goed te leven
2. geschiktheid van een wijk om er goed te leven
3. geschiktheid van de stad om er goed te leven
4. geschiktheid van de regio om er goed te leven

Wat is geen voorbeeld van sociale onveiligheid?

1. Spullen vernielen
2. Inbraken
3. Afval dumpen in de wijk
4. Hangjongeren

Wat is sociale cohesie?

1. Hoe goed mensen met elkaar verbonden zijn
2. Hoe sociaal mensen zijn naar vreemden
3. Hoe betrokken je bent bij de wijk.
4. Hoe goed je samenwerkt met de gemeente

Waar is sociale cohesie het grootst?

1. In de stad
2. In grotere dorpen
3. Op het platteland
4. Overal in Nederland even hoog.

Hoe ontstaat structurele werkeloosheid in Nederland?

1. Door automatisering
2. Mensen willen bepaald werk niet meer uitvoeren
3. Het verdwijnen van werk naar andere landen
4. Niet iedereen hoeft meer te werken

De verbondenheid die mensen met elkaar voelen door gezamenlijke activiteiten en gesprekken noem je...

1. integratie
2. welzijn
3. sociaal-economische status
4. sociale cohesie

Het opleidingsniveau is een voorbeeld van ...

1. buurtkenmerken
2. bewonerskenmerken

Dit zijn kenmerken van achterstandswijken

1. hoge werkloosheid, veel koopwoningen en drugsoverlast
2. weinig sociale cohesie, veel welvaartsziektes en veel koopwoningen
3. mensen met weinig opleiding, een slechte gezondheid en a-sociaal gedrag
4. hoge autodichtheid, weinig voorzieningen en hoge sociaaleconomische status

Integratie of segregratie?

1. Integratie
2. Segregratie

Integratie of segregratie?

1. Integratie
2. Segregratie

Sleep de woonkenmerken naar A Of B

A: Arme wijk

B: Rijke wijk

Huurhuis

Koophuis

Hoge bebouwings dichtheid

Lage bebouwings dichtheid

Smalle straten

Gebouwd net na WOII

Groene wijk

Luxe oorzieningen

Veel hoogbouw

Veel laagbouw

3.3 Een onzeker bestaan

Stijgende lonen en stijgende prijzen

- Nederlander waren nog nooit zo rijk, gelukkig en gezond als nu. 100 jaar geleden was honger heel gewoon.

- Toch nog veel arme Nederlanders, ze hebben het moeilijk

- Lonen en uitkering stegen, maar dingen werden duurder

Stijgende lonen en stijgende prijzen

- minder vaste banen voor laagopgeleiden

- Door open grenzen in de EU komen er mensen uit andere EU landen naar Nederland om hier te werken

Stijgende lonen en stijgende prijzen

- Het minimumloon is het laagste loon dat een werkgever volgens de Nederlandse wet mag betalen. 

- Voor mensen uit Polen en andere Oost-EU landen is dat meer dan ze in eigen land kunnen verdienen. 

- Ze komen daarom naar NL

- Voor laagopgeleide Nederlanders is het daarom steeds moeilijker om werk te vinden.

www.ad.nl