Paragraaf 1

Criminaliteit
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Criminaliteit

Slide 1 - Diapositive

Aan het einde van de les kun je:
  • Uitleggen wanneer iemand strafbaar is.
  • Uitleggen wat het is verschil is tussen een misdrijf en een overtreding
  • Je kan uitleggen hoe een rechtszaak eruit ziet.
  • Je kan uitleggen wanneer je verdachte bent.
  • Je kan uitleggen wat de politie mag doen bij een verdachte situatie

Slide 2 - Diapositive

Wat is criminaliteit?
  • Alles wat door de wet strafbaar is gesteld

    Maar! Er is een verschil tussen dat wat strafbaar is gesteld!

  • Overtreding: strafbare feiten die minder erg zijn.
  • Misdrijf: ernstige strafbare feiten.

Slide 3 - Diapositive

Zonder helm rijden is een:
A
Overtreding
B
Misdrijf

Slide 4 - Quiz

Esmee steelt een reep chocola bij de jumbo
A
overtreding
B
misdrijf

Slide 5 - Quiz

Kortom
  • Voor overtredingen krijg je vaak alleen een boete


  • Bij een misdrijf word je verhoord en komt er misschien wel een rechtzaak

Slide 6 - Diapositive

Wat voor straffen krijg je voor moord en voor een diefstal?

Slide 7 - Carte mentale

2

Slide 8 - Vidéo

00:43
Waar wordt Gokmen T. van verdacht?

Slide 9 - Question ouverte

02:25
Welke straf krijgt Gokmen T.

Slide 10 - Question ouverte

Wanneer ben je verdacht?
Je bent verdacht als de politie denkt dat je wat strafbaars hebt gedaan. Of te wel er is een redelijk vermoeden van schuld.

Slide 11 - Diapositive

Een goede politieagent beschouwt iedereen als een verdachte
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quiz

Wat mag de politie
In de wet staat wat de politie wel en niet mag doen. Dit is om de burgers te beschermen.

Pas als je verdacht bent van een misdrijf mag de politie: fouilleren, arresteren of je huis door zoeken.

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Iemand wordt voor de zevende keer verdacht van winkeldiefstal. Mag de politie direct haar huis doorzoeken?
A
ja, ze is al eerder veroordeeld.
B
nee, ze moeten een huiszoekingsbevel

Slide 15 - Quiz

0

Slide 16 - Vidéo

Wat doet een officier van justitie?

Slide 17 - Question ouverte

Wat voor zaak behandeld de officier van Justitie

Slide 18 - Question ouverte

0

Slide 19 - Vidéo

Mag het slachtoffer een gesprek aanvragen met de officier van justitie
A
juist
B
onjuist

Slide 20 - Quiz

0

Slide 21 - Vidéo

Wanneer stelt de officier van de justitie de strafeis?
A
nadat ze het verslag van de politie heeft gelezen
B
nadat ze gesproken heeft met de verdachte
C
tijdens de zitting

Slide 22 - Quiz

0

Slide 23 - Vidéo