Afweer niet gebruikt 1

Afweer les 1.1.21
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
Anatomie Fysiologie PathologieMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Afweer les 1.1.21

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terugblik vorige les
-Oefentoets 10 vragen @ Kennistoetsenbank
-Cesuur gelijk aan echte toets
-Antwoorden z.n. klassikaal bespreken na afloop

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
1. De student weet welke factoren invloed hebben op de besmetting. 
2. De student kent de verschillende soorten afweer en kan de eerste verdedigingslinie benoemen. 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesinhoud
-Oefentoets
-Theorie rondom besmetting en afweer
-Opdrachten maken 

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Factoren bij besmetting
Na besmetting (contaminatie) is er een kans dat iemand ziek wordt. (infectie)
Hoe ziek, hangt af van 2 factoren: 

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Factoren bij besmetting
-Het ziekmakend vermogen van het micro-organisme. (Virulentie) 
-De afweer van het lichaam. Deze is afhankelijk van:
*Conditie 
*Aanwezigheid leukocyten
*De aanwezigheid van gammaglobulinen in het bloed.


Slide 6 - Diapositive

Virulentie wordt bepaald door:
-De kracht die het MO heeft om iemand ziek te maken.
-Het aantal ziekteverwekkers
-De plaats waar de ziekteverwekkers binnen dringen. 

Voorbeeld; De virulentie van COVID 19 was onverwacht groot. 
Hoe werkt je immuunsysteem precies? Bekijk het hieronder. Klik op de afbeeldingen om in te zoomen. 
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10

Slide 7 - Diapositive

Heel kort uitgelicht in de volgende dia's hoe het werkt.
We gaan hier later dieper op in. 

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe werkt je immuunsysteem precies? Bekijk het hieronder. Klik op de afbeeldingen om in te zoomen (vervolg). 
11
12
13
14
15
16
17
18
Alles goed begrepen? 
Je maakt zo een aantal vragen....

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Hoe kunnen indringers, zoals virussen, bacteriën en schimmels je lichaam binnenkomen?
A
Bijvoorbeeld via een wondje
B
Bijvoorbeeld via voedsel
C
Bijvoorbeeld via virusdeeltjes die je inademt
D
Antwoord A, B en C zijn goed.

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat doen de cellen in je immuunsysteem
als ze indringers hebben gezien?
A
Ze slaan pijlsnel op de vlucht. Daarna wordt je vaak ziek. Je ligt in bed met bijvoorbeeld koorts.
B
Ze helpen het virus om bij alle cellen binnen te komen
C
Ze maken alle cellen heel erg groot
D
Ze slaan meteen alarm en maken antistoffen (antilichamen) aan. Die binden zich aan de indringers. Zo worden de indringers gedood.

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat is immuniteit?
A
Immuniteit is dat 1 persoon wel 100 anderen kan besmetten
B
Als je immuun bent dan word je heel ziek van een ziekteverwekker
C
Als je immuun bent dan kun je anderen heel erg besmetten met het virus
D
Als je immuun bent dan word je niet ziek van een ziekteverwekker

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Wat doet je immuunsysteem precies?
A
Het beschermt je tegen indringers, zoals virussen, bacteriën en schimmels
B
Het maakt je ziek
C
Het immuunsysteem bestaat uit virussen en bacteriën en schimmels
D
Het is een bacterie

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


WAAR of NIET WAAR? De cellen in je immuunsysteem zien meestal snel of er indringers aanwezig zijn!
A
Waar
B
Niet waar. Dat duurt meestal twee dagen
C
Niet waar. Dat duurt meestal een week
D
Niet waar. Dat kan wel een maand duren!

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


WAAR of NIET WAAR? Als je immuunsysteem aan het werk is, merk je daar vaak niets van!
A
Waar.
B
Niet waar. Je moet dan supervaak naar de wc!
C
Niet waar. Je moet dan erg vaak huilen.
D
Niet waar. Je krijgt bijvoorbeeld koorts of spierpijn, of hebt last van opgezwollen lymfeklieren.

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Als er indringers in je lichaam komen waartegen je immuunsysteem al eerder heeft gevochten, merk je er vaak niet zoveel van!
A
Waar
B
Niet waar

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


WAAR of NIET WAAR? Het immuun-
systeem heeft een goed geheugen!
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Even oefenen. Wat betekenen de volgende woorden?
Antigeen = 
Antilichaam / antistof = 
Infectie = 
Ontsteking = 
Immuunsysteem = 
Leukocyten=
Fagocytose= 
Rubor, calor, dolor, tumor, functio laesa= 
Sepsis=
Empyeem=
Fistel= '
Exsudaat=
Celnecrose=

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Even oefenen
Antigeen = stof die door het lichaam als lichaamsvreemd wordt beschouwd
Antilichaam / antistof = maakt antigenen onschadelijk
Infectie = het binnendringen in een organisme en zich vermenigvuldigen van micro-organismen
Ontsteking = reactie van weefsel op een schadelijke prikkel
Immuunsysteem = afweersysteem
Leukocyten=witte bloedcellen
Fagocytose= Een leukocyt omsluit een bacterie en neemt hem in zich op.
Rubor, calor, dolor, tumor, functio laesa= roodheid, warmte, pijn, gestoorde functie, zwelling
Sepsis=bloedvergiftiging (bacterien vermenigvuldigen zich en worden door het hele lichaam verspreid via de bloedbaan. 
Empyeem=pusophoping in een bestaande lichaamsholte
Fistel= 'pijpzweer'. Vanuit een abces of Empyeem wil het pus naar buiten. Het graaft als het ware een gangetje naar buiten. 
Exsudaat=wondvocht
Celnecrose=afsterven van cellen

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht
1. Bekijk de video (zie volgende slide)  en beantwoord de volgende vragen:
• Begrijp je wat er verteld word? (let op; alleen moeilijke woorden uit de Lessonups hoef je te kennen)
• Beschrijf zelf het verschil tussen specifieke en niet specifieke afweer
• Beschrijf in je eigen woorden wat de stappen zijn dat je lichaam neemt wanneer je een sneetje hebt. Probeer dit kort en bondig te beschrijven.

timer
20:00

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Evaluatie en huiswerk
-Leren leerstof tot nu toe.
-Afmaken opdrachten LessonUp
-Lezen: AFP boek H.7.2 tm 7.5
-Boek Anatomie en Fysiologie mee

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions