Ecologie bs 1

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1,4

“

Lesdoelen:

Je weet wat de volgende begrippen betekenen: 

- Ecologie

- Biotische en abiotische factoren

- individu, populatie, levensgemeenschap

Wat is ecologie

Wat heeft bijv. een haas met zijn omgeving te maken?

De leefomgeving (milieu)  kan biotisch of abiotisch zijn.

Biotische factoren

(levende natuur)

soortgenoten  = met hoeveel moet je het voedsel en leefgebied delen?

vijanden             = word jij of je nakomeling opgegeten?

ziektes                = Ga jij of je nakomelingen dood door ziektes, parasieten?

voedsel               = is er voldoende voedsel?

concurrenten   = met wie moet je het voedsel delen? Of je leefgebied delen?

Abiotische factoren

(levenloze natuur)

water

zuurstof

temperatuur

neerslag

bodemsoort

                                   Is dit belangrijk voor dieren en planten? 

In de zomer was het erg droog een flink aantal jonge bomen gingen dood. Is "de droogte" een biotische of een abiotische factor?

1. biotisch
2. abiotisch

Wat is geen biotische factor?

1. aantal rijpe bananen in het woud
2. aantal gorilla's in het woud
3. aantal chimpansees in het woud
4. de hoeveelheid regen in het woud.

Biotisch of abiotisch?
Roofdieren

1. biotisch
2. abiotisch

Biotisch of abiotisch?
Wind

1. biotisch
2. abiotisch

Biotisch of abiotisch?
Concurentie

1. biotisch
2. abiotisch

IJsberen hebben een dikke vacht,
is dit een aanpassing aan een
biotische of abiotische factor?

1. Abiotische
2. Biotische

een ecosysteem=  alle biotische en abiotische factoren in een bepaald gebied

4 niveau's van Ecologie 

Induvidu

Populatie 

Leefgemeenschap

Ecosysteem 

Vormen alle levende organismen in de sloot een ecosysteem, een levensgemeenschap of een populatie?

1. ecosysteem
2. levensgemeenschap
3. populatie

Individu

Populatie

Levensgemeenschap

Op deze afbeeldingen zie je een..

1. Populatie
2. Levensgemeenschap

Wat is een ecosysteem?

1. dat is een systeem dat het klimaat regelt
2. dat is zijn alle dieren in een gebied
3. dat zijn alle biotische en abiotische factoren in een gebied
4. dat zijn alle planten en dieren in een gebied

Wat is een levensgemeenschap?

1. alle organismen die samen in een bepaald gebied leven
2. de plek waar bijv. een familie konijnen woont
3. De plek in bijv. een boom waar een specht leeft
4. een plek waar mensen bij elkaar komen

Van klein naar groot:
Individu - populatie - ecosysteem - levensgemeenschap

1. Juist
2. Onjuist

Hoe wordt de verzameling van
alle verschillende organismen
in een vijver genoemd?

1. Een levensgemeenschap.
2. Een ecosysteem.
3. Een populatie.

Wat is een voorbeeld van een levensgemeenschap?

1. Een kudde schapen.
2. Alle dieren in een bos.
3. Alle dieren en planten in een grasland.
4. Alle mieren uit een mierenkolonie.

Wat is een populatie.

1. Een groep soorten
2. Een individu
3. Een aantal dieren of planten van dezelfde soort.
4. Alles wat leeft op de hele aarde

Wat is een voorbeeld van een ecosysteem?

1. Een dorp zoals Waarland.
2. Een eiland zoals Vlieland
3. Een werelddeel zoals Europa.
4. Een planeet zoals de aarde.

Ging het te snel? Geeft niets: alles staat in je bioboek!

HW: dinsdag 5-10 , 5e uur:

          blz 88 tm 93     opdr 1 tm 6

          (no 1: alleen opdr 5 en 6)

NU: zs LEZEN HB en daarna je hw maken