Nederlands

EXAMENWOORDEN

Toets het juiste woord in bij de betekenissen van opdracht 2 uit je boek. De betekenissen komen op het scherm!

Dat wat gezegd is

Goede raad

Iemand aansporen om iets te doen

Iets meemaken en daardoor weten hoe het is

Kort beschrijven hoe iets is of hoe iets zou moeten worden

Vraag aan iemand om iets te doen

Waar je van uitgaat, hoe je tot een mening komt

Kies het juiste woord

De zinnen komen op het scherm. Klik op het woord dat op de puntjes hoort.

Een val tijdens het snowboarden is ... van mijn gebroken been

1. de aanleiding
2. het gevolg
3. de oorzaak

We hebben een deuk in onze auto. Dat is ... van een aanrijding

1. de aanleiding
2. het gevolg
3. de oorzaak

Tom en Sander hadden wel vaker ruzie. Maar toen Tom Sander uitlachte, was dat voor Sander ... om de vriendschap te verbreken.

1. de aanleiding
2. het gevolg
3. de oorzaak

Welk woord is een directe reden om iets te gaan doen?

1. de aanleiding
2. het gevolg
3. de oorzaak

Wat is iets dat komt door een gebeurtenis?

1. de aanleiding
2. het gevolg
3. de oorzaak

Wat is iets waardoor iets gebeurt of ontstaat?

1. de aanleiding
2. het gevolg
3. de oorzaak

Gebruik opdracht 5 uit je boek.

Je krijgt zo een nummer. Dit is het nummer van de zin. Je zoekt de betekenis van dit woord en vult deze zometeen in. Doe het zo:

1. Dilemma - jouw antwoord

Bijvoorbeeld: 1. Dilemma - Jouw antwoord

Opdracht 5

Stijlfiguren

We gaan het hebben over:

- Pleonasme

- Tautologie 

Is het een pleonasme of een tautologie?

Het balletje was moeilijk te zien in het groene gras.

1. pleonasme
2. tautologie

Met een harde schreeuw maakte Tom een einde aan de rust.

1. pleonasme
2. tautologie

De boeken staan schots en scheef in de kast.

1. pleonasme
2. tautologie

De zwarte vogel steekt scherp af tegen de witte sneeuw

1. pleonasme
2. tautologie

Ray en Marcia hopen voor eeuwig en altijd bij elkaar te blijven.

1. pleonasme
2. tautologie

Na vijf seizoenen is het over en uit voor de televisieserie.

1. pleonasme
2. tautologie

Wat is een pleonasme?
(een voorbeeld is ook goed)

Wat is een tautologie?
(een voorbeeld is ook goed)

Schrijf tenminste één examenwoord op, waarvan je vandaag de betekenis hebt geleerd of vandaag hebt geoefend.