voeding en vertering b1

goeiemiddag allemaal!
Even voorstellen. 
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

goeiemiddag allemaal!
Even voorstellen. 

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

voeding en vertering
basisstof 1 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

lesdoelen

1.  Je kunt de functie van voedingsstoffen en voedingsvezel in voedingsmiddelen noemen.
2. je kunt 6 groepen voedingsstoffen noemen met hun functie en kenmerken
Alleen voor VWO: 
3. je kunt essentiële en niet-essentiële voedingstoffen onderscheiden 

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

waar denk je aan bij het hoofdstuk voeding en vertering?

Slide 4 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

functies van voedingsstoffen 
* Brandstof
*bouwstof
*reservestof
*beschermende stof

Slide 5 - Diapositive

voedingsmiddeln bevatten voedingsstoffen. voedingsstoffen zijn stoffen die je lichaam nodig heeft voor energie, groei en herstel.
voedingsstoffen
welke ken je al?

Slide 6 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Voedingsmiddelen met veel eiwitten
bouwstoffen
vorming cytoplasma
opbouw van spieren
Brandstof
omgezet in vet --> reservestof

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voedingsmiddelen met veel vetten
Brandstof
Bouwstof
reservestof
onder de huid opgeslagen
onverzadigd en verzadigd vet

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voedingsmiddelen met veel koolhydraten
brandstof
bouwstof
 meer binnen krijgen dan je nodig hebt? -->omgezet in vet --> reservestof

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Water
Bouwstof
60% van ons
vervoeren van stoffen

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voedingsmiddelenmet veel vitaminen en mineralen
Bouwstoffen
Beschermende stoffen 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voedingsmiddelen met veel Vitamine B,C en K en mineralen
Bouwstof
Beschermende stof
 te weinig? --> ziek
te veel?--> ook ziek...

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Niet te verteren
Uit de celwanden van planten
Goede darmwerking

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Essentiële en niet-essentiële voedingsstoffen
Essentiële voedingsstoffen kun je niet zelf aanmaken en moeten via je voedsel opgenomen worden bijv. Vitamine C
Niet-essentiële stoffen maakt je lichaam deels zelf aan bijv. vitamine D

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe regel je het glucosegehalte van je bloed?
  • Als het glucosegehalte hoger dan 0,1% wordt dan wordt er insuline aangemaakt waardoor de suikerspiegel daalt doordat glucose omgezet wordt in glycogeen (= dierlijk zetmeel)
  • Als het glucosegehalte lager dan 0,1% wordt dan wordt er glucagon aangemaakt waardoor de suikerspiegel weer daalt doordat glycogeen omgezet wordt in glucose

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe regel je het glucosegehalte van je bloed?
  • Als het glucosegehalte hoger dan 0,1% wordt dan wordt er insuline aangemaakt waardoor de suikerspiegel daalt doordat glucose omgezet wordt in glycogeen (= dierlijk zetmeel)
  • Als het glucosegehalte lager dan 0,1% wordt dan wordt er glucagon aangemaakt waardoor de suikerspiegel weer daalt doordat glycogeen omgezet wordt in glucose

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bloedsuikerspiegel = concentratie glucose in bloed

Wanneer is je bloedsuikerspiegel hoog?

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag!
Maken Opdrachten 1 t/m 10 = Volgende les af

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

plantaardig

dierlijk

Slide 19 - Question de remorquage

Alle producten die je eet en drinkt noem je voedingsmiddelen. Deze kunne plantaardig of dierlijk zijn. 
Eiwitten zijn?
A
Bouwstoffen
B
bouwstof, brandstof en reserve stof
C
Bouwstoffen en reservestoffen
D
beschermende stof en reservestof

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

koolhydraten zijn?
A
brandstof en bouwstof
B
brandstof
C
beschermende stof en bouwstof
D
brandstof, bouwstof en reserve

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

wat gebeurd er als je teveel vitamine binnen krijgt?
A
dat hangt af van de soort vitamine
B
je word wel ziek
C
niks
D
je word helemaal niet meer ziek

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

voedingsvezels zijn?
A
bouwstoffen
B
brandstoffen
C
geen van bovenstaande antwoorden
D
brandstoffen en beschermende stoffen

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

welke functie hoort bij bouwstoffen?
A
ze worden opgeslagen in het lichaam
B
groei, ontwikkeling en herstel
C
ze leveren energie
D
alleen volwassenen hebben bouwstoffen nodig

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

welke voedingstoffen vallen onder beschermende stoffen?
A
vitamine, mineralen en vetten
B
vitamine, mineralen en koolhydraten
C
vitamine en mineralen
D
vitamine en eiwitten

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

wat zijn niet-essentiële voedingsstoffen?

Slide 26 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

welke onderdelen uit de les vonden jullie prettig?

Slide 27 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

welke onderdelen uit de les vonden jullie minder prettig

Slide 28 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

kon je de opdrachten na de uitleg goed maken?

Slide 29 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Tot morgen!

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions