SHV 22 september

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Wat gaan we doen vandaag?

• Theorie plus quiz 2.1 t/m 2.3 taalverzorging
• PowerPoint CV
• Cv's van elkaar beoordelen aan de hand van het beoordelingsformulier.
• Hiermee klaar? --> beginnen aan opdrachten NU Nederlands motivatiebrief. 

Hoe moest het ook alweer?: Persoonsvorm tegenwoordige tijd

1. Hele werkwoord, bijvoorbeeld vinden. 

2. Haal -en er vanaf; dan heb je de stam: vind

3. Hij (.........) dat het korter moet. (vinden)

-------------------------------------->>>>

Gebruik een vorm van het werkwoord lopen om te horen of er een -t achter de -ik vorm komt-> hij loopt, dus ook: hij vindt

                                          

Hoe kun je de persoonsvorm in een zin vinden?

1. Je verandert de zin naar een andere tijd.
2. Je kijkt naar de andere werkwoorden in de zin.
3. Je maakt een vraagzin.
4. kies alle werkwoorden behalve de voltooid deelwoorden

Vul de juiste werkwoordsvorm van 'vervelen' in

Deze film ......... nooit.

(verhuizen)
Eric ........ de spullen naar een nieuwe werkplek.

De ballon (belanden) in de boom.

De kip (broeden) al 2 weken.

Ik (aanvaarden) jouw voorstel.

Hij (aanvaarden) het niet.

(vinden)......u het goed als ik straks even op bezoek (komen............? (tegenwoordige tijd)

1. vind, kom
2. vindt, kom
3. vind, komt
4. vindt, komt

Persoonsvorm in de verleden tijd

Je maakt de verleden tijd door achter de ik-vorm -de(n) of te(n) te zetten: 

enkelvoud:                             ik vorm+te-----> ik fiets+ te

                                                    ik vorm+de----> Rens antwoord +de

meervoud:                             ik vorm+ten---> wij wacht +ten

                                                    ik vorm+den--> Pien en Bo wandel+den

't ex-fokschaap (verleden tijd)

Meestal hoor je wel of je -te(n) of -de(n) moet gebruiken. Twijfel je? Gebruik de letters t x f k s ch en p uit 't ex-fokschaap:

1. bepaal wat het hele werkwoord is (bijv wachten)

2. haal -en van het werkwoord af (=wacht)

3. de laatste medeklinker die overblijft, zoek je op in 't ex-fokschaap (=t)

4. staat de medeklinker in 't ex-fokschaap? --> ik vorm+te(n) (=wachtte)

Als de medeklinker niet in 't ex-fokschaap staat--> ik vorm+de (n)

De dief (melden) zich bij de politie.

1. meld
2. melde
3. meldde
4. mold

Ik (laden) gisteren mijn telefoon op, maar toen (ontploffen) hij.

1. laade, ontplofte
2. laadde, ontplofte
3. laadde, ontplofde
4. lade, ontplofte

Gisterochtend......de chefkok het vlees en de vis voor de barbecue van vanavond. (kruiden)

1. kruiden
2. kruidde
3. kruide

Vorige week heeft de officemanager van het ontwerpbureau voor alle afdelingen nieuwe kantoorartikelen.....(bestellen).

1. bestelt
2. besteld
3. bestelde

Omdat de wond erg......, verwees de huisarts haar naar het ziekenhuis (bloeden).

1. bloedt
2. bloed
3. bloedde
4. bloeden

Hoe spel je de persoonsvorm tegenwoordige tijd?

1. met 't kofschip of 't sexy fokschaap
2. op gevoel
3. ik-vorm of ik-vorm + t
4. stam + t

Persoonsvorm tegenwoordige tijd:
(Worden) ... toch eens volwassen!

1. Word
2. Wordt
3. Werd
4. Worden

Onze kat (lijden) aan een zeldzame ziekte.
Persoonsvorm verleden tijd =

1. lijdde
2. lijdt
3. leed
4. leedt

Wat is de juiste persoonsvorm verleden tijd?

Zij ______________ (rusten)

1. ruste
2. rustte

Persoonsvorm verleden tijd

1. Gisteren begeleiden zij de vrouw naar huis.
2. Gisteren begeleidden zij de vrouw naar huis gisteren.

Persoonsvorm tegenwoordige tijd

1. Hij onthoud
2. Hij onthoudt

Voltooid deelwoord 

Het voltooid deelwoord van sterke werkwoorden heeft soms een klankverandering en eindigt vaak op -en: gezwommen, begonnen, gelezen.

Bij de zwakke werkwoorden hoor je vaak aan de verleden tijd of je 't' of 'd' gebruikt. Maak het woord langer: het is gebeurd, want gebeurde (je hoort 'd')

Vervolg voltooid deelwoord

Twijfel je? Haal -en af van het hele werkwoord= de stam:

• Staat de laatste letter in 't ex-fokschaap?: Gebruik -t
• Is dat niet zo: gebruik -d

Voorbeeld:  gedurft of gedurfd? ---> durven: 'v' hoort niet bij 't ex-fokschaap, dus gedurfd

Opdracht

Wat is het voltooid deelwoord in de volgende zinnen?

Ik heb gisteren met de hond gewandeld.

Mijn oma heeft vroeger veel te veel gesnoept.

Voltooid deelwoord

1. Het hout is opgebrandt.
2. Het hout is opgebrand.

Wat is het voltooid deelwoord van schrobben?

1. geschrobt
2. geschrobd
3. geschrobben

Thierry heeft de omlijsting gisteren......(verven)

1. geverft
2. geverfd
3. verven
4. verft

CV PP 

Zelfstandig werken

• Beoordelen van elkaars CV en vervolgens CV inleveren via TEAMS of [e-mail]
• Opdrachten motivatiebrief maken in NU Nederlands: opdracht 3 en 4 van 2.7 sollicitatiebrief en CV (onderdeel schrijven) 

Volgende week

• 2.4 werkwoordspelling
• Theorie Motivatiebrief---> voldoet mijn motivatiebrief?