H4 1.4 (2) 4-9-2023

Welkom :)
Ga rustig zitten en pak je spullen erbij

hoeveel significante cijfers?

1,23 m                        0,25 l                              1,65 * 103 kg
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 13 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom :)
Ga rustig zitten en pak je spullen erbij

hoeveel significante cijfers?

1,23 m                        0,25 l                              1,65 * 103 kg

Slide 1 - Diapositive

Vandaag:
lesdoelen 1.4
--> rekenregels voor significantie
--> nodig voor practicum!

Slide 2 - Diapositive

Vandaag:
  • Eerst theorie. Goed luisteren + aantekeningen maken. vraag? hand opsteken
  • Checkvragen maken
  • Opdrachten maken. 
  • Controle & afsluiting

Slide 3 - Diapositive

Significantie: regels
  1. Het aantal significante cijfers is het aantal cijfers dat een meetwaarde heeft. (bijvoorbeeld: 1,234)
  2. Nullen aan het begin tellen niet mee (bijvoorbeeld: 0,123)
  3. Machten van 10 tellen ook niet mee 
    (bijvoorbeeld: 1,23 * 10 ^2)

Slide 4 - Diapositive

Significantie: rekenregels
  • Het doel: je wil weten hoe precies het antwoord is
  • De minst nauwkeurige meetwaarde bepaalt de nauwkeurigheid van de uitkomst
  • Er zijn twee regels: een voor optellen/aftrekken en een voor vermenigvuldigen/delen

Slide 5 - Diapositive

Regel 1. Optellen / aftrekken
Je kijkt naar het aantal cijfers achter de komma
Het antwoord heeft evenveel cijfers achter de komma, als het kleinste aantal.

bijvoorbeeld:
0,2 + 0,55 = 
0,30 + 0,702 = 

Slide 6 - Diapositive

Regel 2. Vermenigvuldigen/delen
  • Hier kijken we naar het aantal significante cijfers.
  • het aantal significante cijfers = het aantal getallen waaruit de meetwaarde bestaat.
  • behalve: 0 aan de linkerkant telt niet mee - machten van tien tellen niet mee
  • bvb:        1,54           0,23           0,20         1,2 * 103

Slide 7 - Diapositive

oefenen

Slide 8 - Diapositive

Opdracht
Maak: opdrachten 20, 21 op pagina 30
Werkvorm: zelfstandig, tijd
Klaar? lees 1.5

Slide 9 - Diapositive

Opdrachten bespreken

Slide 10 - Diapositive

Huiswerk
Opdrachten 20, 21

Slide 11 - Diapositive

Wat heb je geleerd?

Slide 12 - Diapositive

Klaar?
Moeilijke opdracht klassikaal, doorlezen, anders??

Slide 13 - Diapositive