Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
zinsbouw introductie
Zinsbouw introductie
Lesdoelen:
1 Je kent 2 regels voor de plaats van werkwoorden in de zin.
2 Je kunt voorbeelden geven van plaatsbepalingen en tijdsbepalingen.
1 / 14
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Cette leçon contient
14 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Zinsbouw introductie
Lesdoelen:
1 Je kent 2 regels voor de plaats van werkwoorden in de zin.
2 Je kunt voorbeelden geven van plaatsbepalingen en tijdsbepalingen.
Slide 1 - Diapositive
Welke zin heeft NIET de goed volgorde?
A
De luiaard hangt in de boom.
B
Hangt de luiaard in de boom?
C
In de boom hangt de luiaard.
D
In de boom de luiaard hangt.
Slide 2 - Quiz
Ken je een regel over de volgorde
van woorden in een zin?
Slide 3 - Carte mentale
regel 1: PV op 2
pv = het werkwoord dat bij het onderwerp hoort.
Het paard EET gras.
In de kantine KOPEN we een broodje.
Straks GAAN we naar de film.
Slide 4 - Diapositive
Zet de woorden in de goede volgorde. Let op de hoofdletter
zoeken paddenstoelen in de herfst We
Slide 5 - Question ouverte
Zet de woorden in de goede volgorde. Let op de hoofdletter.
zoeken paddenstoelen In de herfst we
Slide 6 - Question ouverte
Een zin kan beginnen met
Het onderwerp.
De kat
eet een vis.
Een tijdsbepaling.
Vandaag
eet de kat een vis.
Een plaatsbepaling.
Buiten
eet de kat een vis.
Slide 7 - Diapositive
Bedenk 2 zinnen bij deze foto. Begin met de tijd en begin met de plaats.
Slide 8 - Diapositive
Schrijf de zinnen bij de vorige foto op.
Slide 9 - Question ouverte
Bedenk een korte zin die begint met een tijdsbepaling. (wanneer)
Denk aan de volgorde: pv op 2
Slide 10 - Question ouverte
Bedenk een korte zin die begint met een plaatsbepaling. (waar)
Denk aan de volgorde: pv op 2
Slide 11 - Question ouverte
Zinnen met hulpwerkwoorden + hele ww. en zinnen met voltooid deelwoorden.
Ik heb een broodje gekocht.
De kinderen willen graag zwemmen.
Welke regel ken je voor de plaats van het voltooid deelwoord of het hele werkwoord?
Slide 12 - Question ouverte
regel 2
Bij zinnen met kunnen, willen, moeten, mogen, zullen en gaan moet het hele ww aan het einde staan.
En het voltooid deelwoord kan (meestal) ook aan het einde van de zin staan.
Slide 13 - Diapositive
We gaan nog een beetje oefenen in de volgende lesson up
Slide 14 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
zinsbouw introductie
September 2022
- Leçon avec
13 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
Grammatica: zinsbouw 8A
April 2022
- Leçon avec
27 diapositives
NT2
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
Grammatica: zinsbouw 8B
February 2025
- Leçon avec
24 diapositives
NT2
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
De voltooide tijden
11 days ago
- Leçon avec
32 diapositives
2B
Secundair onderwijs
Thema 6: hoofdvormen werkwoorden en meewerkend voorwerp.
May 2022
- Leçon avec
44 diapositives
Taal
Primary Education
les 8/12
December 2023
- Leçon avec
17 diapositives
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2
Les 29/11
November 2023
- Leçon avec
17 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Volgorde zin vraagzin en bevestigende zin
March 2023
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1