Onomatopee

1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
Culturele en kunstzinnige vormingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Onomatopee

Lesdoel: 
- je weet wat een onomatopee is
- je kunt hiervan voorbeelden noemen
- je kan een onomatopee verbeelden in 3D

Slide 2 - Diapositive

Vrooom! Met loeiende motor scheurde de overvaller ervandoor. Pang, pang, pang! klonken pistoolschoten achter hem. Zelfs het ratatatatat! van een machinegeweer klonk door de verder lege straat! Pok! Pok! hoorde hij kogels inslaan in de achterkant van zijn bolide. Hij gooide het stuur om en met gierende banden - ieieieieie! - schoot
hij een zijstraat in. Kadang, daar raakte hij een parkeerautomaat. Nu weer gas
geven! Vrooom! In ieder geval voorlopig veilig! ‘Pffff,’ zuchtte hij opgelucht. Het was hem gelukt! ‘Ahum!’ klonk het plotseling vanaf de achterbank! ‘Aaaargh!’ Er zat nóg iemand in de auto! 

Slide 3 - Diapositive

Wat is een onomatopee?

Slide 4 - Question ouverte

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

POP ART
Popart is het in beeld brengen en de verheerlijking van de consumptiemaatschappij met behulp van alledaagse afbeeldingen en triviale voorwerpen. Afbeeldingen van algemeen bekende beroemdheden als Elvis Presley, Marilyn Monroe en Mao, en ook soepblikken, spaghettiverpakkingen, colaflessen en andere supermarktproducten konden in de kunstwerken als onderwerp uitgebeeld worden. De thema's van de popart zijn ontleend aan stripverhalen, reclame, televisie, kranten en tijdschriften. 

Slide 7 - Diapositive

Andy Warhol                             

Slide 8 - Diapositive

Keith Haring                                     

Slide 9 - Diapositive

Roy Lichtenstein                              

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Lien

Slide 12 - Vidéo

Plan van aanpak
- bedenk een Onomatopee-woord
- maak een schets, inclusief kleuren
- minstens 4 lagen karton
- minstens 4 verschillende vormen
- werk dit uit met karton, verf, papier etc. 

Slide 13 - Diapositive