3t bijwoord + verbes

Vendredi 15 Janvier
Caen, France
Bienvenue  3t
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Vendredi 15 Janvier
Caen, France
Bienvenue  3t

Slide 1 - Diapositive

Le programme


- grammaire
- une chanson
- Werktijd

Slide 2 - Diapositive

Geef de betekenis van het werkwoord "mettre", er zijn meerdere antwoorden mogelijk

Slide 3 - Question ouverte

Ik leg op tafel

Slide 4 - Carte mentale

Pouvoir betekent willen
Vrai
Faux

Slide 5 - Sondage

Pouvoir betekent
A
Willen
B
Kunnen
C
Mogen
D
Macht hebben

Slide 6 - Quiz

Je 
Vous
Nous
Elles
Claire
Peux
Pouvons
Peuvent
Peut
Pouvez

Slide 7 - Question de remorquage

Het voltooid deelwoord van pouvoir is?

Slide 8 - Question ouverte

Zij hebben gemogen
A
Elles ont pouvé
B
Elles avaient pu
C
Elles ont pu
D
Elles pu

Slide 9 - Quiz

Vul de correcte vorm in van het werkwoord pouvoir in de imparfait
Je __________ aller à la maison
A
Pourrait
B
Pouvait
C
Pu
D
Pouvais

Slide 10 - Quiz

Het werkwoord vouloir betekent?

Slide 11 - Question ouverte

Zij wil een ijsje!
Elle _________ une glace
A
veut
B
voudrait
C
veux
D
voulait

Slide 12 - Quiz

Zij zou graag een ijsje willen!
Elle __________ une glace
A
Veux
B
Voulait
C
Voulais
D
Voudrait

Slide 13 - Quiz

Wij hebben gewild (passé composé)

Slide 14 - Carte mentale

Sofia et Arthur __________ aller à l'école demain (présent)
A
Veux
B
Veulent
C
Voulent
D
Voudrait

Slide 15 - Quiz

Wij wilden een plant
A
Nous voulions une plante
B
Nous voudrions une plante
C
Nous veulent une plante
D
Vous voulons une plante

Slide 16 - Quiz

Waar zegt een bijwoord iets over? 4 stuks

Slide 17 - Question ouverte

Bijwoorden eindigen vaak op welke 4 letters?

Slide 18 - Question ouverte

Noem een onregelmatig bijwoord (die die je uit je hoofd moet leren)

Slide 19 - Carte mentale

Bijwoord
Wanneer een bijwoord niet eindigt op een klinker maak je het woord eerst vrouwelijk en plak je er vervolgens -ment achter. 
Agressif --> agressive --> agressivement

Slide 20 - Diapositive

Bijwoord van heureux
A
Heureuxment
B
Heureusement
C
Heurment
D
Heureuxes

Slide 21 - Quiz

Bijwoord van seul
A
Seulment
B
Seulent
C
Seulement
D
Seule

Slide 22 - Quiz

Bijwoord van "goed"
A
Bon
B
Bonne
C
Bonnement
D
Bien

Slide 23 - Quiz

Casey werkt beter dan gister
A
Casey travaille mieux qu'hier
B
Casey travaille meilleur qu'hier
C
Casey travaille meilleure qu'hier
D
Casey travaille meilleurement qu'hier

Slide 24 - Quiz

Chanson
Slimane

Né à Paris

Gagné la plus belle voix de France (2016)

Coach La plus belle voix de Belgique

Slide 25 - Diapositive

Welk Nederlands programma komt overeen met "la plus belle voix de France"

Slide 26 - Carte mentale

Slide 27 - Vidéo

3

Slide 28 - Vidéo

00:36
Wat wilde de persoon worden?
A
Acteur
B
Zanger
C
Docter
D
Leraar

Slide 29 - Quiz

00:57
Wat denk je dat "on s'en fout' betekent?
A
Wij vinden het erg belangrijk
B
Wij houden van elkaar
C
Wij geven er niets om

Slide 30 - Quiz

01:32
Allez viens, on va au bar
Pour plonger dans l'oubli
Wat gaan ze doen?

Slide 31 - Question ouverte