De Industriële Samenleving (Zelfwerk Lessonup)

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

'De Industriële samenleving

4.2

Zelf aan de slag!

28/11/2022

HAVO

Aan de slag!

Vandaag ga je zelf aan de slag met de stof over de 'Industriële samenleving'. In deze Lessonup leer je over de werk en levensomstandigheden van de burgers in Europa.

Lees de teksten goed door en maak de opdrachten.

Belangrijk:

• Je mag in tweetallen werken.
• Er zijn VWO slides, speciaal voor de VWO leerlingen.

Industriële Revolutie

Let op! Dikgedrukte en onderstreepte woorden zijn begrippen. Deze moet je kennen.

Voorbeeld;

Steden werden in de 19e eeuw steeds groter. Dit komt door Urbanisatie.

Na deze les kan je..

• ..uitleggen hoe de werk- en leefomstandigheden van de arbeiders waren.
• ..uitleggen wat een klassenmaatschappij is en hoe die verschilde van een standensamenleving.
• ..belangrijke uitvindingen uit de 19e eeuw opnoemen.

Industriële Revolutie

Dagmenu

1. Even terug naar vrijdag..
2. Werken en Wonen
3. De Klassenmaatschappij
4. Nieuwe uitvindingen
5. Creative Opdracht

Even terug naar vrijdag

Lees de vraag en geef antwoord in de volgende slide;

Past deze tekening bij de Industriële Revolutie? Waarom wel, waarom niet? Leg je antwoord uit.

Past de tekening op de vorige slide bij de Industriële Revolutie? Waarom wel, waarom niet? Leg je antwoord uit.

Even terug naar vrijdag

Lees de vraag en geef antwoord in de volgende slide;

Past deze tekening bij een oorzaak of gevolg van de Industriële Revolutie? Waarom een oorzaak? Waarom een gevolg? Leg je antwoord uit.

Past deze tekening bij een oorzaak of gevolg van de Industriële Revolutie? Waarom een oorzaak? Waarom een gevolg? Leg je antwoord uit.

VWO:
Leg uit waarom dit schilderij ook gebruikt kan worden bij lessen over Milieuvervuiling.

Steden

De meeste mensen woonden

Reizen gebeurde

In straten van steden

waren

[..............................]

werden

[..............................]

op het

[..............................]

in een

[..............................]

meestal

[..............................]

meer met de

[..............................]

was het 's nachts

[..............................]

was

[..............................]

In 1800

In 1900

Plaats de woorden op de juiste plek in de tabel.

klein

groot

platteland

stad

te voet

trein

pikdonker

verlichting

Zet de uitvindingen op de juiste volgorde.

Werken en wonen

De werkomstandigheden van de fabrieksarbeiders waren slecht. Erg slecht.

De fabriekseigenaren hielden de lonen erg laag om zoveel mogelijk te verdienen. De arbeiders werkten 14 uur per dag, 6 dagen in de week. Vakantie bestond nog niet.

Protesteren hier tegen? Je werd gelijk ontslagen!

Werken en wonen

In de fabrieken was het erg smerig, lawaaierig en gevaarlijk. Fabriekseigenaren deden hier niets aan, want dat kost natuurlijk geld! Arbeiders woonden ook niet fijn. In de wijken met smalle straten was het druk, vies en gevaarlijk. Veel kinderen en baby's gaan dood en arbeiders werden niet ouder dan 50.

Waterput waarmee water voor een hele wijk uit het grondwater wordt gehaald.

Grondwater werd vaak gebruikt als drinkwater.

Door een kapotte riolering kunnen uitwerpselen bij het drinkwater komen.

Uitwerpselen die besmet zijn (bijvoorbeeld met cholera) komen in het grondwater terecht.

Arbeiderswijk

0

Was het leven van een arbeider zwaar? Waarom?

VWO:
Leg uit waarom veel arbeiders zo lang en veel moesten werken.

De klassenmaatschappij

Voor 1800 maakten ondernemers winst door te handelen. Door de opkomst van de fabrieken gingen ondernemers vooral geld verdienen met het maken van goederen. Zij hielden niet zo van wetten en regels. Die zorgden er alleen maar voor dat je minder geld kon verdienen.
Het economische systeem waarin ondernemers winst maken door goederen te maken en verkopen noemen we; Kapitalisme. 

Maak een tekening in je schrift van een echte kapitalist.

Gebruik google images als inspiratie.

De klassenmaatschappij

In de 17e eeuw hadden we, in Frankrijk vooral, een standensamenleving. In de 18e eeuw zijn geestelijken en adelen niet meer zo belangrijk, maar we hebben nog wel 3 standen. Die noemen we nu klassen.

De 3 klassen zijn;

Ondernemersklasse; Rijken mensen, grote huizen, eigen fabrieken en machines.

Middenklasse; Geschoolde mensen, kantoorpersoneel, winkeliers, etc.

Arbeidersklasse; Geen eigen bezit, Geen geld.

Nieuwe uitvindingen

De wereld veranderd in de 19e eeuw super snel. Door de fabrieken en machines komen er snel nieuwe uitvindingen!

Hier staan er een paar!

• Verbrandingsmotor (Diesel en Benzine)
• Elektrisch licht
• De Telegraaf (Niet de krant)
• De Telefoon

Nieuwe producten

Trein

Electrisch licht

Kunstmest

Telefoon

Plak hier 3 foto's van uitvindingen uit de 19e eeuw die jij het belangrijkst vindt!

Schrijf de antwoorden van de lesdoelen in je schrift!

• Je kan uitleggen hoe de werk- en leefomstandigheden van de arbeiders waren.
• Je kan uitleggen wat een klassenmaatschappij is en hoe die verschilde van een standensamenleving.
• Je kan belangrijke uitvindingen uit de 19e eeuw opnoemen.

Industriële Revolutie

Deze les, en ook bij de podcast, heb ik jullie weinig tot geen uitleg gegeven. Jullie zijn zelf bezig met onderzoeken en leren. Vindt je dit fijn?

Ja

Ja, maar het is ook fijn om klassikaal les te hebben

Nee

Nee, maar het is soms fijn om zelf te werken

Zou je nog een groepsopdracht willen maken? Je krijgt dan weer 3 lessen de tijd. Dit kan bijvoorbeeld een poster, video, presentatie of website of infographic zijn. Onderwerp; Slavernij of Vrouwenrechten

Ja

Misschien

Nee

Meer over het leven in de 18e en 19 eeuw?

De volgende filmpjes over voetbal, Vincent van Gogh, de verschillen tussen Arm en Rijk en het leven in een arbeiderswijk.

EINDE