3 De industriële samenleving

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

Planning

• Absentie 
• Afspraken doornemen
• Terugblik met (korte) quiz
• Uitleg paragraaf 3 
• Afsluiten

Afspraken

• Je doet actief mee
• Als ik aan het woord ben, zijn jullie stil
• Als één van jullie aan het woord is, is de rest stil
• Tijdens het schrijven ook!
• Niet roepen door de klas, maar hand opsteken 
• Tijdens opdrachten doe je mee en praat je alleen maar over de opdracht
• Telefoons wil ik niet zien, tenzij ik het duidelijk aangeef....

Quiz

• Zoals nu!
• Pak je mobiel en log in op lesson up 
• Deze code staat hieronder, maar komt zo ook groot in beeld
• Vragen?  

Welk begrip past bij de afbeelding

1. Industrialisatie
2. fabriek
3. huisnijverheid
4. massaproductie

Wat is de juiste volgorde?

1. Huisnijverheid, stoommachine, industrie, watermolens.
2. Watermolens, huisnijverheid, industrie, stoommachine
3. Watermolens, huisnijverheid, stoommachine, industrie
4. Huisnijverheid, watermolens, stoommachine, industrie

Waar bestond de Nederlandse economie uit vóór de industrialisatie?

1. Akkerbouw en veeteelt
2. Huisnijverheid en industrie
3. Industrie en veeteelt
4. Huisnijverheid en landbouw

Wanneer is de industrialisatie in Engeland begonnen

1. 1750
2. 1680
3. 1830
4. 1860

Wat is waar over de industriële revolutie in Engeland?

1. Er was weinig verzet tegen de komst van de industrie
2. Landelijke gebieden bleven onaangetast
3. De bevolking was nog nooit zo snel gegroeid
4. Steenkool werd alleen gebruikt om huizen te verwarmen

Mobiel weg en aantekenschrift pakken

De industriële samenleving hoofdvraag:

hoe veranderde het leven van mensen door de opkomst van de industrie?

Hoe was het voor een fabrieksbaas in 1800?

Fabriekseigenaar 

• Goed, want:
• Veel winst
• Mooie huizen, kleding etc. 
• Mensen in dienst voor het zware werk

Hoe was het voor een arbeider in 1800?

Woningen voor arbeiders

• De woonomstandigheden van de arbeiders waren beroerd.
• Slechte kwaliteit huizen

Leefomstandigheden

• Kleine en slechte woningen
• Veel gezinsleden
• Slecht voedsel
• Slechte hygiëne zorgt voor ziektes als cholera en TBC
• Veel drankmisbruik

Opdracht

• Neem een leeg blad 
• Schrijf twee dingen op die je hebt geleerd
• Schrijf één ding op dat je niet snapt
• Lever het straks in bij mij
• Ik kies een paar mensen uit om hun antwoord te delen