Mens en Zorg Periode3, les 3

Mens en Zorg Periode3, les 3
Ziekten ,Ouderdomziekteen & Welvaartziekten
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Mens en Zorg Periode3, les 3
Ziekten ,Ouderdomziekteen & Welvaartziekten

Slide 1 - Diapositive

Welkom in de les Regels Z&W
  1. Mobiel in mobielentas
  2. Eten en drinken doen we tijdens pauzes 
  3. Kauwgom kauwen we tijdens de pauzes
  4. Spullen niet bij je, zelfde dag dat uur inhalen.
-Juiste boek
-Pen
-Laptop opgeladen

Slide 2 - Diapositive

lesdoelen
  • Je kunt uitleggen wat ziektes zijn en de oorzaken benoemen
  •  Je kunt de begrippen acuut en chronisch uitleggen.
  • Je kunt  verschillende ouderdom ziekten benoemen
  • Je weet wat welvaartsziekten zijn en daar voorbeelden bij geven

Slide 3 - Diapositive

timer
2:00
Weet je over
Griep,
verkoudheid,
Vaccinatie, immuniteit?

Slide 4 - Carte mentale

Oorzaken van ziektes en aandoeningen
  • Besmetting met een ziektekiem;  ( virus, bacterie, schimmel), bijv. : verkoudheid, griep, waterpokken.
  • Erfelijk,: via de genen van ouder op kind, bijv.: doofheid 
  • Ongezonde leefwijze( Welvaartziekten): bijv.:  door roken kun je longkanker krijgen.
  • Ouderdom, bijv.: dementie, artrose (slijtage van gewrichten)
  • Aangeboren:  (tijdens zwangerschap of bevalling ontstaan), bijv.; open ruggetje

Slide 5 - Diapositive

Aangeboren of verworven beperking
Aangeboren beperking: 
als bij de geboorte al sprake is van een beperking.

Verworven beperking: 
als op latere leeftijd de beperking ontstaat

Slide 6 - Diapositive

Aanwezig vanaf de geboorte
Aanwezig vanaf latere leeftijd
Verworven
Aangeboren

Slide 7 - Question de remorquage

Aangeboren
Ouderdomsziekte
Verworven aandoening
Hazenlip
Open schedel
Syndroom van down
Infectie ziekte
Corona
Pfeiffer
Hart- en vaatziekten
Botontkalking
Alzheimer

Slide 8 - Question de remorquage

Chronische ziekte :
Een langdurende ziekte dat
Je wordt niet helemaal meer  Je moet met de ziekte leren leven.
Astma 
Acute ziekte:
Kortdurende ziektes
Je gaat genezen
Griep

Slide 9 - Diapositive

Een ziekte die blijvend is noemen we?
timer
1:00
A
een acute ziekte
B
een chronische ziekte
C
een aandoening
D
een operatie

Slide 10 - Quiz

Soorten ziekten

  • Lichamelijk: bijv. griep of een blindedarmontsteking, ook wel somatisch genoemd.
  • Geestelijk: je bent depressief of overspannen, ook wel psychisch genoemd.
  • Psychosomatische: Een lichamelijke aandoening die ontstaat door een geestelijke oorzaak noemen we een  aandoening.

Slide 11 - Diapositive

Wat weet je over ziektekiemen?

Slide 12 - Question ouverte

lichamelijk
Geestelijk
Covid
Depressie
Burn-out
ADHD
Multiple Sclerose (MS)
Diabetes
Parkinson

Slide 13 - Question de remorquage

Acuut of chronisch?

Slide 14 - Diapositive

Welvaartziekte
Als het is ontstaan door onze eigen luxe.

Leefgewoonten zoals:
  • Te veel eten 
  • Te weinig bewegen 
  • Ongezond eten 
  • Roken 
  • Alcohol drinken 

De meest voorkomende zijn:
  • Hart en vaatziekten 
  • Obesitas 
  • Diabetes 2 
  • Kanker 

Slide 15 - Diapositive

timer
1:00
welvaartziekte

Slide 16 - Carte mentale

Wat is geen welvaartsziekte?
timer
1:00
A
diabetes
B
kanker
C
obesitas
D
griep

Slide 17 - Quiz

Mensen die te zwaar zijn, hebben een grotere kans op hart- en vaatziekten.
timer
30:00
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quiz

Welke eetgewoonten verhogen het risico op hart- en vaatziekten?
timer
1:00
A
veel groenten eten
B
veel dierlijke vetten eten
C
veel eiwitten eten
D
veel fruit eten

Slide 19 - Quiz

Wat betekent het woord welvaartsziekten?
A
Iets met varen enzo
B
Heeft te maken met een overdadige levensstandaard
C
Als je teveel geld uitgeeft
D
Heeft eigenlijk niks te maken met ziek zijn

Slide 20 - Quiz

Wat hoort bij welvaartsziekten?
A
🍺🍷🚬🍎🍐🍒
B
⚽️🏀🏋🏼🍺🍷🍎🍐🍒
C
💻📱🍺🍷🚬
D
🍺🍷🚬🍟🍔🍕

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Vidéo

Glucosegehalte meten
  • Mensen met diabetes moeten zelf de hoeveel glucose in het bloed meten.
  • Te laag (hypo): ze moeten snel iets eten of drinken waar suiker in zit.
  • Te hoog (hyper): ze moeten zelf insuline spuiten.

Slide 23 - Diapositive

Welk hormoon ontbreekt of wordt te weinig aangemaakt bij diabetes?
timer
1:00
A
Insuline
B
Glucose
C
Dopamine
D
Serotonine

Slide 24 - Quiz

Diabetes type 1 wordt veroorzaakt door?
timer
0:30
A
Een ongezonde leefstijl
B
Aangeboren

Slide 25 - Quiz

Bij diabetes kan je lichaam het bloedsuikergehalte niet in evenwicht houden. Is dit waar of niet waar?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 26 - Quiz

Opdracht 43
Beantwoord alle vragen
Kijk bij Vmbo-portal
Ouderdomziekten &
Hart- vaatziekten
timer
1:00

Slide 27 - Diapositive

Wat heb je geleed?

Slide 28 - Carte mentale

Waarover wil je meer weten?

Slide 29 - Question ouverte

Volgende les opdracht 42
PowerPointpresentatie 
Ouderdomziekten

Slide 30 - Diapositive