Talent 1.2 Opbouw van de kern

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

In elk examen worden vragen gesteld over de functies van de inleiding en het slot. Noem de mogelijke functies van het slot.

Een tekst kan opgebouwd zijn uit drie of twee delen. Beschrijf de delen.

In elk examen worden vragen gesteld over de functies van de inleiding en het slot. Noem de mogelijke functies van de inleiding.

Elke inleiding probeert de aandacht van de lezer te trekken.

1. waar
2. niet waar

Waaraan kun je zien waar een alinea over gaat?

De kernzin van een alinea is altijd de eerste zin van die alinea.

1. waar
2. niet waar

Stap 1

Stap 2

Stap 3

Stap 4

stap 5

Lees de vraag. Over welke alinea's gaat het?

Lees de betreffende alinea's. Markeer de kernzinnen.

Gaat het om meerdere alinea's? Bedenk wat het deelonderwerp van deze alinea's is. 

Bedenk zelf werl kopje het beste past bij de alinea('s). Kijk of jouw antwoord bij de antwoordmogelijkheden staat. 

Twijfel je over het antwoord? Streep de antwoorden weg die minder goed zijn. Bijvoorbeeld om dat een kopje niet over het betreffende deel van de tekst gaat. 

Opdracht

• wat: Talent 1.2 opdracht 24, 25 en 26
• hoe: zelfstandig
• hulp: je docent
• tijd: 15 minuten
• resultaat: zelf nakijken
• klaar: bestudeer leertekst "De hoofdgedachte bepalen".

Hoe heb je gewerkt deze les?

21 t/m 26 zijn af

21 t/m 25 zijn af

21 t/m 24 zijn af

21 t/m 23 zijn af

21 en 22 zijn af

21 is af

Ik heb geen enkele opdracht af

Volgende les lezen

Talent hoofdstuk 1.2 informatieve teksten:

• meerkeuzevragen
  
• open vragen
  
• functies van de inleiding en het slot
  
• opbouw van de kern
  
• de hoofdgedachte bepalen
  
• tekstverbanden
  
• het tekstdoel bepalen