Grammatica: zinsontleden fase 2-1

1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Zinsontleden
Met zinsontleden bedoelen we ...

dat we de zin in zinsdelen knippen ...

en ieder zinsdeel een naam geven ...

Slide 4 - Diapositive

Welke zinsdelen ken je?

Slide 5 - Carte mentale

Wat wordt bedoeld met een zinsdeel?

A
Ieder woord in de zin is een zinsdeel
B
Alles wat maximaal voor de PV kan staan

Slide 6 - Quiz

Welk zinsdeel hoort niet thuis
in het onderstaande rijtje
A
Persoonsvorm
B
Lijdend voorwerp
C
Zelfstandig naamwoord
D
Gezegde

Slide 7 - Quiz

zinsdelen
woordsoorten
onderwerp
lijdend voorwerp
persoonsvorm
meewerkend voorwerp
gezegde
bijwoordelijke bepaling
zelfstandig naamwoord
bijvoeglijk naamwoord
werkwoord
voorzetsel
voornaamwoord

Slide 8 - Question de remorquage

Slide 9 - Diapositive

Wat zijn de persoonsvormen in de volgende zinnen?

Slide 10 - Diapositive

De persoonsvormen 

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Wat is het gezegde in de volgende zinnen?

Slide 13 - Diapositive

Werkwoordelijk gezegde (PV + andere werkwoorden)

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Wat is het onderwerp in de volgende zinnen?

Slide 16 - Diapositive

WWG + onderwerp (lichtgroen)

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Wat is het lijdend voorwerp in de volgende zinnen?

Slide 19 - Diapositive

WWG + Ond + Lijdend voorwerp (geel & zit niet in elke zin)

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Wat is het lijdend voorwerp in de volgende zinnen?

Slide 22 - Diapositive

WWG + Ond + LV + meewerkend voorwerp (vet oranje & zit niet in elke zin) 

Slide 23 - Diapositive

Maak in "Studiemeter" de volgende oefeningen:

Slide 24 - Diapositive