4.8 + 4.9

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

	Vak: Nederlands Hoofdstuk: 4.8 + 4.9
1.	Lesopening
2.	Lesdoel
3.	Arrangementen + mini-check
4.	Instructie
5.	Begeleid inoefenen
6.	Zelfstandig werken
7.	Evaluatie

1. Lesopening

Pak je boek en schrift van Nederlands op tafel. Open je boek op blz. 170.

2. Lesdoel 

Aan het eind van deze les:

- heb je de spelling van werkwoorden in de VT herhaald. 

- kun je bijvoeglijke naamwoorden correct spellen. 

3. Arrangementen

- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie.

Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 3 op blz. 170 t/m 1172.

Namen lln

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 

Namen lln

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten. 

Namen lln

Mini-check

Leerlingen in het basis en intensief arrangement doen mee met de mini-check. 

Spel het bijvoeglijk naamwoord op de goede manier:
Het ... (riet) dak.

Spel het bijvoeglijk naamwoord op de goede manier:
De ... (ijzer) krabber.

Wat is de stam van durven?

1. durf
2. durfe
3. durv
4. durve

Wie maakt wat?

Had je alle vragen goed? Dan mag je zelfstandig aan de slag: opdracht 1 t/m 3 op blz. 170 t/m 172. 

De rest doet mee met de instructie. 

4. Instructie

Lees en kijk mee naar de volgende dia's. 

De ....... (geel) vlag

De ....... (wol) trui

5. Begeleid inoefenen

Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?

Namen lln, jullie maken zelfstandig opdracht 1 t/m 3 op 

blz. 170 t/m 172. 

Wie heeft nog extra instructie nodig (intensief)? Namen lln of had je alle vragen van de mini-check fout?  Wij maken samen opdracht 2.

6. Zelfstandig werken

Je maakt nu zelfstandig:

V: les 4.8/4.9, blz. 170 t/m 172, opdr. 1 t/m 3 --> Niemand

B: les 4.8/4.9, blz. 170 t/m 172, opdr. 1 t/m 3 --> namen lln

I: les 4.8/4.9, blz. 170 t/m 172, opdr. 1 t/m 3 --> namen lln 

Ben je klaar?

Dan kijk je de opdrachten na.

Daarna ga je in stilte lezen of een woordzoeker maken. 

7. Evaluatie

Evaluatie lesdoelen --> Quiz mee! 

Je gebruikt 't kofschip bij:

1. Sterke werkwoorden
2. Zwakke werkwoorden

Ik weet hoe ik 't kofschip moet gebruiken.

1. Ja
2. Nee

Ik weet hoe ik het bijvoeglijk naamwoord moet spellen.

010

Huiswerk & Toetsen

Huiswerk: 

...dag .. maand

4.8/4.9 opdracht 1 t/m 3

Toetsen: 

...

geen

Afsluiting

Ruim je boek en schrift van NE op.

Volgende lesuur: ....................