Les 3

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 2

Les 3

De vrouwelijke geslachtorganen

Doel

Aan het einde van deze les kan ik de vrouwelijke geslachtsorganen beschrijven.

Primaire geslachtskenmerken

 Deze zijn reeds vanaf de geboorte te zien:

•  eierstokken
  
•  eileiders
  
•  baarmoeder
  
•  vagina 
•     vulva
  

Secundaire geslachtskenmerken

Deze ontwikkelen zich gedurende de puberteit onder invloed van hormonen (oestrogenen):

•  ontwikkeling van borsten
  
•  verbreding bekken
  
•  volgroeien baarmoeder, eierstokken en vagina
  
•  toename van vetweefsel (heupen – benen – bovenarmen)
  
•      oksel- en schaamhaar (minder lichaamsbeharing)
  
•     verbreding bekken
  
•  menstruatiecyclus
  

Vulva

De vulva bestaat uit de venusheuvel, voorhof, buitenste en binnenste schaamlippen, de clitoris en de opening van de vagina.

Leg uit wat de vulva is en toon een afbeelding van de verschillende onderdelen.

De vulva

Eierstokken

De eierstokken bevatten de eicellen en produceren hormonen zoals oestrogeen (reguleert menstruatiecyclus)  en progesteron (bereidt baarmoeder voor op innesteling en zorgt ervoor dat de zwangerschap goed verloopt)  .

Leg uit wat de eierstokken zijn en wat ze doen. Toon een afbeelding van de eierstokken.

De eierstokken

De eierstokken liggen in de buikholte (intraperitoneaal) in het kleine bekken

Naast de baarmoeder bevestigd aan ligamenten (bandjes)

2.5 – 4.5 cm lang, 2 cm breed, 1 cm dik

Eierstok

• In de eierstokken vindt de ontwikkeling plaats van de eicellen.
  
• Bij de geboorte zijn reeds alle cellen aanwezig die zich tot eicel kunnen ontwikkelen. 
  
• Enkele tienduizenden van deze cellen bevinden zich in een rusttoestand in de ontwikkeling.
  
• Elk van deze cellen is omgeven door een laag andere cellen. Samen vormen ze een jonge follikel.
  

Eileider 

• Eicel rijpt in eierstok
• Na eisprong in eileider
• In de eileiders wordt de bevruchte eicel naar de baarmoeder getransporteerd door trilhaarepitheel. Dit duurt ongeveer 5 dagen.
• Eicel blijft 1 dag in leven in eileider
  
• Zaadcellen leven 3 dagen
• Als er geen bevruchting is gaat eicel ten gronde in eileider
• Overgang als geen nieuwe eicellen meer rijpen
  

Baarmoeder

De baarmoeder is een holle spier die een bevruchte eicel kan laten groeien tot een foetus. Tijdens de menstruatiecyclus wordt de baarmoederwand dikker in afwachting van een bevruchte eicel.

Bestaat uit 3 lagen

Leg uit wat de baarmoeder is en wat het doet. Toon een afbeelding van de baarmoeder.

Vagina

De vagina is de buis die de baarmoeder verbindt met de buitenkant van het lichaam. Het is ook het geboortekanaal.

Is zuur om bacteriën tegen te gaan.

Leg uit wat de vagina is en hoe het verbonden is met de baarmoeder. Toon een afbeelding van de vagina.

Het maagdenvlies

• Vliesje aan het begin van de vagina
• Niet iedereen heeft een maagdenvlies
• Maagdenvlies is geen gesloten vlies
•  Maagdenvlies heeft niets te maken met
     maagdelijkheid en/of bloeden tijdens de
     eerste keer!

Uitwendige geslachtsorganen vrouw

Buitenste vulvalippen

Binnenste vulvalippen

Vagina opening

Clitoriseikel

Plasbuis opening

Anus

Term vulva

In het schema staan functies van organen van het vrouwelijke voortplantingsstelsel beschreven. Sleep het juiste orgaan naar de juiste functie.

vagina

eierstokken

eileiders

baarmoeder

kleine vulvalippen

clitoris

Dank je wel voor jullie aandacht