Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Freitag, den 22. Januar: Quiz über K. 2: Lerngrammatik
ich hatte war
du hattest warst
er hatte war
sie hatte war
es hatte war
Ziele dieser Stunde:
1. A2 Ik kan de werkwoorden sein en haben in de verleden tijd en voltooide tijd gebruiken.
2.A2 Ik kan de der- en ein-Gruppe na voorzetsels in de vierde naamval gebruiken.
3. Ich kann Wörter der Lernliste in einem Satz anwenden.
1 / 20
suivant
Slide 1:
Diapositive
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Cette leçon contient
20 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
ich hatte war
du hattest warst
er hatte war
sie hatte war
es hatte war
Ziele dieser Stunde:
1. A2 Ik kan de werkwoorden sein en haben in de verleden tijd en voltooide tijd gebruiken.
2.A2 Ik kan de der- en ein-Gruppe na voorzetsels in de vierde naamval gebruiken.
3. Ich kann Wörter der Lernliste in einem Satz anwenden.
Slide 1 - Diapositive
Voorzetsels met de vierde naamval:
durch: door
für: voor
ohne: zonder
um : om
gegen: tegen
bis: tot
Stamp deze woorden! Inclusief vertaling.
Slide 2 - Diapositive
uitgangen vierde naamval: leer de uitgangen en de woorden van de der/ein Gruppe(blz. 36 TB/blz. 148 Gram I WB/blz. 140 TB)
m den/einen
v die/eine
o das/ein
mv die/keine
Slide 3 - Diapositive
1. Übersetze und ergänze die richtige Form:
Was hast du (tegen hun) … Bruder?
A
gegen ihren
B
gegen ihre
C
gegen ihres
D
gegen ihrem
Slide 4 - Quiz
2.Habt ihr das (voor alle) … Kinder gemacht?
A
für allen
B
für alle
C
für alles
D
für diese
Slide 5 - Quiz
3.Pia läuft gerne (door dit) … Park (m).
A
durch diesem
B
durch diesen
C
durch diese
D
durch dieses
Slide 6 - Quiz
4.(Tot deze) … Sonntag bin ich noch in Bremen.
A
bis diesen
B
bis diesem
C
bis diese
D
bis dieses
Slide 7 - Quiz
5. Spielst du mit Suleika? – Nein, aber ich spiele (tegen haar) … Schwester
A
gegen ihres
B
gegen ihren
C
gegen ihrem
D
gegen ihre
Slide 8 - Quiz
verleden tijd haben: hatten
voltooid deelwoord: gehabt
ich hatte
du hattest
er hatte
sie hatte
es hatte
wir hatten
ihr hattet
sie hatten
Sie hatten
leren: blz. 28 TB
verleden tijd sein: waren
voltooid deelwoord: gewesen
ich war
du warst
er war
sie war
es war
wir waren
ihr wart
sie waren
Sie waren
leren: blz 28 TB
Slide 9 - Diapositive
Übersetze und ergänze die richtige Form im Präteritum oder Perfekt
1. hebben .........… ihr genug davon?
Slide 10 - Question ouverte
2. zijn Als ich nach Hause kam, … du nicht da.
Slide 11 - Question ouverte
4. hebben Wir ..........… lange Zeit nicht mehr
so viel Spaß …............ .
Slide 12 - Question ouverte
5. zijn Wo …........... ihr denn so lange .............…?
Slide 13 - Question ouverte
Wörterliste
Slide 14 - Diapositive
Ergänze:
1. Hat … dich bis acht Uhr arbeiten lassen!?
A
der Chef
B
der Tisch
C
der Hund
D
der Computer
Slide 15 - Quiz
2. Warum … du nicht einfach zwischen Kaffee oder Tee?
A
kochst
B
verdienst
C
wählst
D
kommst
Slide 16 - Quiz
3. Übersetze:
geeignet sein
A
vervelend zijn
B
saai zijn
C
geëindigd zijn
D
geschikt zijn
Slide 17 - Quiz
4. der Azubi
A
de leerling van de basisschool
B
de leerling van het vwo
C
de student
D
de leerling in opleiding
Slide 18 - Quiz
5. erfolgreich
A
gefaald
B
succesvol
C
gevolgd
D
bijzonder
Slide 19 - Quiz
Wer hat noch Fragen?
Slide 20 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
V2 K3 Heute
Janvier 2021
- Leçon avec
14 diapositives
Deutsch
Secondary Education
W3a1-Duits-01122020
Novembre 2020
- Leçon avec
35 diapositives
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
haben und sein, ott - ovt
Mai 2024
- Leçon avec
32 diapositives
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 1,2
V2 A2C
Mars 2021
- Leçon avec
11 diapositives
Deutsch
Secondary Education
Kijkopdracht: Wohnungslos - Wie kann man Menschen ohne Zuhause helfen? (neuneinhalb)
Juin 2023
- Leçon avec
31 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1,2
Kap 14 3V 29-05
Mai 2018
- Leçon avec
11 diapositives
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
persoonlijke voornaamwoorden/voorzetsels 3e naamval
Février 2022
- Leçon avec
20 diapositives
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
persoonlijke voornaamwoorden/voorzetsels 3e naamval
Février 2024
- Leçon avec
29 diapositives
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2