Jeelo: 778 Spelen, fietsen lopen & 772 Fietsen

Spelen, fietsen, lopen
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
VerkeerBasisschoolGroep 4,5

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Spelen, fietsen, lopen

Slide 1 - Diapositive

Ben je vandaag op de fiets?

Slide 2 - Sondage

bagagedrager
zadel
koplamp
frame
ventiel
kettingkast

Slide 3 - Question de remorquage

fietsonderdelen

Slide 4 - Carte mentale

Slide 5 - Diapositive

Welke fietsregels ken jij?

Slide 6 - Question ouverte

Slide 7 - Diapositive

fietspad
Fietsstrook
weg

Slide 8 - Question de remorquage

Welk bord is een verplicht fietspad?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 9 - Quiz

Aan welke kant van de weg hoor je te fietsen?
A
links
B
rechts

Slide 10 - Quiz

Wie neemt de bocht goed?
A
bocht A
B
bocht B
C
bocht C

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Oefenen!

Slide 14 - Diapositive

Is het veilig om iemand achterop je fiets mee te nemen?
A
Ja
B
Nee

Slide 15 - Quiz

samen fietsen

Slide 16 - Diapositive

De meisje willen om de auto heen.
Wie moet er wachten?
A
De meisjes
B
De blauwe auto
C
De motor
D
De rode auto

Slide 17 - Quiz

Wie heeft er meestal voorrang?
A
Al het verkeer van links.
B
Al het verkeer van rechts.

Slide 18 - Quiz

Kan je altijd meteen doorfietsen als je van rechts komt?
A
Ja
B
Nee

Slide 19 - Quiz

Wat betekent 'hinderen'
A
Als je over hindernissen springt.
B
Snel inhalen.
C
Als iemand last van je heeft.

Slide 20 - Quiz

Dit is een ...
A
T splitsing
B
Kruispunt
C
Hindernis
D
Woonerf

Slide 21 - Quiz

Dit is een ...
A
Zebra
B
Haaientand
C
Stoep
D
Zebrapad

Slide 22 - Quiz

Waarom moet je bij het oversteken altijd links-rechts-links kijken en niet rechts-links-rechts?

Slide 23 - Question ouverte

Ik ben lopend naar school.

Slide 24 - Sondage

Aan welke kant van de weg hoor je te lopen?
A
links
B
rechts

Slide 25 - Quiz

Waar kan je het beste spelen?
A
Op straat.
B
Op de stoep.
C
Op een woonerf.

Slide 26 - Quiz

Waar kan je ook veilig spelen?

Slide 27 - Question ouverte

Wat is een verplicht voetpad?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 28 - Quiz

Wat betekent dit bord?
A
Hier mogen geen fietsers en bromfietsers rijden.
B
Hier mogen geen fietsers en bromfietsers parkeren.
C
Hier mogen fietsers en bromfietsers rijden.
D
Hier mag je jouw fiets of bromfiets parkeren.

Slide 29 - Quiz

Welk bord betekent: hier geen fietsen parkeren.
A
B
C
D

Slide 30 - Quiz

Welk bord betekent: hier mag je fietsen
A
B
C
D

Slide 31 - Quiz

Lees nu zelf de blauwe steen
 4: Maak er een woordweb bij.

5: Maak er een mindmap bij. 

Slide 32 - Diapositive

Succes!

Slide 33 - Diapositive