KGT H2.1 + voorkennis

LessonUp
1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

LessonUp

Slide 1 - Diapositive

Hoofdstuk 2: Getallen
§2.1

Slide 2 - Diapositive

Wat gaan we deze les doen?
  • Doel van de les
  • Voorkennis activeren
  • Instructie
  • Verlengde instructie
  • Zelfstandig werken
  • Afsluiting

Slide 3 - Diapositive

Aan het einde van deze les...
... kun je de waarde van cijfers vertellen.
... ken je grote getallen t/m 12 nullen. 

Slide 4 - Diapositive

Wat is het verschil tussen een cijfer en een getal?

Slide 5 - Question ouverte

Cijfers
We kennen in totaal 10 cijfers waarmee wij getallen kunnen maken.

Het getal 35 bestaat uit:
  • Het cijfer 3
  • Het cijfer 5

Slide 6 - Diapositive

Waarde van getallen
Het getal 35 bestaat uit het cijfer 3 en het cijfer 5. 
  • Het cijfer 3 betekent 3 tientallen (dus 30)
  • Het cijfer 5 betekent 5 eenheden (dus 5)
D   H   T   E
            3   5

Slide 7 - Diapositive

Waarde van getallen
Het getal 3928,75 bestaat uit 6 cijfers.
  • Het cijfer 3 betekent 3 duizendtallen (dus 3000)
  • Het cijfer 9 betekent 9 hondertallen (dus 900)
  • Het cijfer 2 betekent 2 tientallen (dus 20)
  • Het cijfer 8 betekent 8 eenheden (dus 8)
  • Het cijfer 7 betekent 7 tienden (dus 0,7)
  • Het cijfer 5 betekent 5 honderdsten (dus 0,05)
D   H   T   E  ,  T   H
3    9    2   8  ,  7   5   

Slide 8 - Diapositive

Wat is het grootste getal dat je kent?
Grote getallen

Slide 9 - Carte mentale

Grote getallen
  • 1
  • 10
  • 100            
  • 1 000
  • 10 000
  • 100 000
= één
= tien
= honderd
= duizend
= tienduizend
= honderdduizend

Slide 10 - Diapositive

Grote getallen
  • 1 000 000
  • 10 000 000
  • 100 000 000            
  • 1 000 000 000
  • 10 000 000 000
  • 100 000 000 000
  • 1 000 000 000 000

Slide 11 - Diapositive

Grote getallen
  • 1 000 000
  • 10 000 000
  • 100 000 000            
  • 1 000 000 000
  • 10 000 000 000
  • 100 000 000 000
  • 1 000 000 000 000
= één miljoen
= tien miljoen
= honderd miljoen
= één miljard
= tien miljard
= honderd miljard
= één biljoen

Slide 12 - Diapositive

Welk getal is drieduizend zevenhonderd?
A
7300
B
3070
C
3700
D
7030

Slide 13 - Quiz

Welk getal is acht miljoen vijfhonderdvierentwintig?
A
8 524 000
B
8 000 524
C
524 800 000
D
8 524

Slide 14 - Quiz

Hoe spreek je het onderstaande getal uit?
5 090 404
A
Vijf miljoen negentigduizend vierhonderdvier
B
Vijf miljard negenhonderd vier miljoen
C
Vijfduizend negenhonderd vierenveertig
D
Vier miljoen vierhonderdnegentig duizend vijf

Slide 15 - Quiz

Aan de slag
Maak de volgende opdrachten van §2.1:
Opdracht 3 t/m 12

Slide 16 - Diapositive

Aan de slag
Voorkennis blz 58
Opdracht 1 tot 12

Huiswerk blz 60
opdracht 1 tot 9

Slide 17 - Diapositive

Nakijken 3 tot 12
https://getalenruimte.digitaal.noordhoff.nl/home/ibookviewer?iBookId=fd974477-59d5-43fc-8bc0-7cac75b7ef10
Klaar:
Inloggen lessonUp 

Slide 18 - Diapositive

Hoeveel cijfers bestaan er?
A
0
B
5
C
10
D
ontelbaar

Slide 19 - Quiz

Hoeveel getallen bestaan er?
A
0
B
5
C
10
D
ontelbaar

Slide 20 - Quiz

Hoeveel is de 3 waard in
632,7
A
3
B
30
C
300
D
weet ik niet

Slide 21 - Quiz

Hoeveel is de 2 waard
in 750,2
A
0
B
2
C
20
D
2 tienden

Slide 22 - Quiz

Is 2 een getal of een cijfer?
A
getal
B
cijfer

Slide 23 - Quiz

Hoeveel nullen moet ik achter de 17 zetten als ik 17 miljard als cijfer wil schrijven?
A
4
B
6
C
8
D
9

Slide 24 - Quiz

Hoeveel nullen moet ik achter de 15 zetten als ik 15 miljoen als cijfer wil schrijven?
A
4
B
6
C
8
D
9

Slide 25 - Quiz

Hoe spreek ik dit getal uit:
18 200 000
A
18 miljoen 200 duizend
B
18 miljoen 200 honderdduizend
C
18,2 miljoen
D
18,2 miljard

Slide 26 - Quiz

type het getal 34 miljoen

Slide 27 - Carte mentale

Theorie blz. 63

Slide 28 - Diapositive

Welk getal is in deze som de deler?
30 : 5 = 6
A
30
B
5
C
6
D
0

Slide 29 - Quiz

Theorie blz. 64

Slide 30 - Diapositive

Schrijf de eerste drie
veelvouden op van 4

Slide 31 - Carte mentale

Is 8 een veelvoud van 2?
A
ja
B
nee

Slide 32 - Quiz

Theorie blz. 65

Slide 33 - Diapositive

Welke even getallen
liggen tussen 5 en 9?

Slide 34 - Carte mentale

Theorie blz. 66

Slide 35 - Diapositive

Hoeveel decimalen heeft dit getal?
7,809
A
geen
B
1
C
2
D
3

Slide 36 - Quiz

Welk getal is het grootst?
A
5,123
B
5,312
C
5,321
D
5,213

Slide 37 - Quiz

Maken:
blz 62
Som 13 tot 23
Huiswerk:
23 tot 27

Slide 38 - Diapositive