minitoets P2 zetpillen

Vraag 1:
Wat is de definitie van "verdringingsfactor"?
1 / 14
suivant
Slide 1: Question ouverte
BSPMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Vraag 1:
Wat is de definitie van "verdringingsfactor"?

Slide 1 - Question ouverte

Vraag 2:
Wat is de definitie of een beschrijving van "verdringingswaarde"?

Slide 2 - Question ouverte

Vraag 3:
Waarom moet je overmaat maken bij bereiden van zetpillen?

Slide 3 - Question ouverte

Vraag 4:
Rekenvraag:
1 gram van stof A verdringt 0,7 g vet. Hoeveel vet wordt er verdrongen als je 200 mg van stof A in een zetpil gaat verwerken?

Slide 4 - Question ouverte

Vraag 5:
Wat is de vulwaarde van een zetpilvorm van 2,3 ml?

Slide 5 - Question ouverte


Vraag 6:
Bij welke temperatuur giet je zetpillen uit in de vorm?

Slide 6 - Question ouverte


Vraag 7:
Je hebt zetpillen gemaakt met een gekleurd geneesmiddel (rose) en de kleur van de zetpillen verloopt van donker-rose naar bijna wit. (Iedere zetpil is iets lichter van kleur dan de vorige). Wat is er aan de hand? Wat is de oorzaak?
Moet je deze zetpillen afkeuren?

Slide 7 - Question ouverte


Vraag 8:
Je hebt gekleurde zetpillen gemaakt (rose) en de kleur verloopt in iedere zetpil van bijna wit naar donker-rose in de punt van de zetpil. Alle zetpillen hebben dat in gelijke mate. Wat is er aan de hand? Wat is de oorzaak?
Moet je deze zetpillen afkeuren?

Slide 8 - Question ouverte

Vraag 9:
Je hebt gekleurde zetpillen gemaakt (rose) en de kleur verloopt in iedere zetpil naar iets lichter rose in de punt van de zetpil. Alle zetpillen hebben dat in gelijke mate. Wat is er aan de hand? Wat is de oorzaak?

Slide 9 - Question ouverte

Vraag 10:
Je hebt gekleurde zetpillen gemaakt (rose) en de kleur verloopt in iedere zetpil naar iets donkerder rose in de punt van de zetpil. Alle zetpillen hebben dat in gelijke mate. Wat is er aan de hand? Wat is de oorzaak?
Moet je deze zetpillen afkeuren?

Slide 10 - Question ouverte

Vraag 11:
Bereken de verdringingswaarde van 500 mg ZnO (= zinkoxide). De verdringingsfactor is 0,25

Slide 11 - Question ouverte

Vraag 12:
Bereken de benodigde hoeveelheid zetpilbasis per zetpil in mg wanneer 380 mg bismuthsubgallas (v.f. = 0,3) wordt verwerkt in een zetpil met een vulwaarde van 2750 mg

Slide 12 - Question ouverte


Vraag 13:
Je gaat een zetpil maken en je hebt berekend dat je per zetpil nodig hebt:
Geneesmiddel C 150 mg
Geneesmiddel D 100 mg
Zetpilmassa 2405 mg
Vraag: Wat is het theoretisch gewicht?

Slide 13 - Question ouverte

Vraag 14:
Bereken nu het theoretische eindgewicht van een zetpil met 2 geneesmiddelen E en F, die beide een verdringingsfactor van o,65 hebben
De vulwaarde van de zetpil is 2610 mg.
De zetpil gaat 250 mg van stof E en 100 mg van stof F bevatten

Slide 14 - Question ouverte