Werkwoordspelling Engelse werkwoorden

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Nederlands

Werkwoordspelling in het Nederlands van 

Engelse werkwoorden

Welke Engelse werkwoorden ken je?

Persoonsvorm tegenwoordige tijd

Volleybal/paintball

		daten	uploaden
Ik	ik-vorm	date	upload
jij/hij/het	ik-vorm +t	date t	upload t
Wij/jullie	hele ww	daten	uploaden

Shanisha (updaten) ... haar laptop.

1. update
2. updated
3. updatet

Daan (passen) ... de bal naar Puk.

1. past
2. passt
3. pasd
4. passd

Zij (timen) ... haar opmerking goed.

1. timet
2. timed
3. timt
4. timd

Persoonsvorm verleden tijd

Laatste letter stam

't ex-kofschip

		daten	uploaden
ev	ik-vorm +te/de	date te	upload de
mv	ik-vorm +ten/den	date ten	upload den

De scheidsrechter (timen) ... de snelheid van de sprinters.

1. timde
2. timte
3. timede
4. timete

Kyra (racen) ... op de fiets om nog op tijd te komen.

1. racete
2. racede
3. racte
4. racde

Toon (faxen) ... het bestand naar zijn baas.

1. faxte
2. faxde
3. faxete
4. faxede

Ik wist altijd al dat wij goed (viben)...

1. vibede
2. vibete
3. vibeten
4. vibeden

Voltooid deelwoord

Stam > 't ex-kofschip > t                   Uitspraak moet goed blijven!

Eindigt altijd op  -d, -t, of -en 

Ik heb gedatet.                       gedate

Ik heb geüpload.

Ik heb getimed. 

De marathon wordt (pacen) ... door hazen.

1. gepaced
2. gepacet
3. gepacd
4. gepact

Ik heb afgelopen zomer (paragliden)...

1. geparaglided
2. geparaglid
3. geparaglidet
4. geparaglide

Op Black Friday hebben veel winkels flink (cashen)...

1. gecashd
2. gecashed
3. gecasht
4. gecashet