les 5 - economische kenmerken

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

thema 3: Communisme

Les 5

Economische 

kenmerken

Waar of niet waar?!?

De bedenker van het communisme is Karl Marx (met behulp van Friedrich Engels)

1. WAAR
2. NIET WAAR

Het communisme probeerd de problemen van het kapitalisme (klassenstrijd) op te lossen.

1. WAAR
2. NIET WAAR

Bij communisme draait het om gelijkheid. Iedereen moet hetzelfde krijgen.

1. WAAR
2. NIET WAAR

In zes stappen zal een ongelijke staat veranderen in een heilstaat, waarin iedere gelijke kansen heeft.

1. WAAR
2. NIET WAAR

Tijdens de proletarische revolutie nemen de communisten de macht en beginnen te werken naar de heilstaat en een gelijke verdeling.

1. WAAR
2. NIET WAAR

Bij democratisch centralisme gaat het er om dat je mag zeggen wat je vind, maar de beslissing niet mag nemen.

1. WAAR
2. NIET WAAR

Tijdens de dictatuur van het proletariaat is er maar ruimte voor 1 partij, die het voortouw neemt in de veranderingen.

1. WAAR
2. NIET WAAR

Wat gaan we doen?

1. Inleiding
2. Uitleg
   
3. Opdracht
4. Uitleg
5. Opdracht
6. Afsluiting

Economische kenmerken van een communistisch land

In het Westen hangen we meestal het kapitalistisch systeem aan: hard werken is geld verdienen, eigen bedrijven en alles gaat vanzelf als het goed is neergezet. 

Maar om een communistisch land te worden, en in de heilstaat te belanden, moet uiteindelijk alles van iedereen worden en alles verdeeld worden.  

In de dictatuur van het proletariaat moeten daarom maatregelen worden genomen...

kenmerk 1

een niet-kapitalistisch bezit van de productiemiddelen

Heilstaat: alles is van iedereen en iedereen krijgt wat hij nodig heeft. 

Dictatuur van het proletariaat: een groep revolutionairen nemen de macht over van de bestaande orde, om de heilstaat voor te bereiden. Ze werken naar een eerlijke verdeling. Maar dan moet je het eerst afnemen...

productiemiddelen = bestaansmiddel (Dat wat je nodig hebt om te leven) = geld!

Maar hoe doe je dat?

Eerst alles van de staat maken. Fabrieken en bedrijven worden afgenomen van de eigenaren en van de staat, zodat zij kunnen verdelen. 

De staat bepaald naar wie het gaat, maar ook wat er gemaakt wordt, hoeveel en wat er voor wordt gevraagd. 

Opdracht 

1. Bedenk / zoek op hoe de politiek van jouw land nu is geregeld. 

    Wie heeft er de macht?

2. Bedenk wat je zou moeten doen om de communistische partij het monopolie te geven?

3. Bedenk wat er weg zal moeten om dit voor elkaar te krijgen.

4. Noteer dit alles in je boekje. 

5. 15 minuten

kenmerk 4

Dominantie van een geleide economie

Heilstaat: alles gaat vanzelf. Want men maakt wat men nodig heeft. Niets meer, niets minder. 

Dictatuur van het proletariaat: Er moet bepaald worden wat er nodig is. Dus dat is een taak voor de communistische leiders...

De communistische partij gaat bepalen wat er nodig is. Zij hebben ministeries en partijleden bij de productieplekken om dit te plannen. 

Om het overzichtelijk te houden werden 

er plannen voor meerdere jaren gemaakt. 

Opdracht 

1. Bedenk / zoek op hoe de politiek van jouw land nu is geregeld. 

    Wie heeft er de macht?

2. Bedenk wat je zou moeten doen om een geleide economie te 

     creeren? 

3. Bedenk wat er weg zal moeten om dit voor elkaar te krijgen.

4. Noteer dit alles in je boekje. 

5. 15 minuten

Afsluiting

Huiswerk

Afmaken van deze twee opdrachten. 

Vragen? Hulp nodig?

donderdag 3e uur in 260....