2024-05-28 Grieks G2

• Grieks
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Leerdoelen

• Ik weet wat me voor de toets nog te doen staat.
• Ik weet hoe het augment werkt bij ww die met een klinker of rho beginnen.
  

Weektaak

• herhalen: W t/m les 12
• leren: W 13 100%
• oefenen: stampkaartjes them. aor. les 12 en 13
  
• leren: alle bijzonderheden augment (gramm. 3.10)
  

vrijdag: Toets Grieks

t/m H 12

Begintaak:

• Welke vormen hebben augment?
• Wat is het verschil en wat de overeenkomst tussen een aor. en impf.-vorm?
• Vertaal en laat het verschil in betekenis uitkomen tussen ἔτρεπον en ἔτραπον.
• Bij welk werkwoord horen deze aor. stammen: θαν - εὑρ - ἰδ - τυχ - εἰπ - σχ - δραμ - λιπ
• Vertaal: τραπετε
  

Toets:

I. Grammatica vragen (zie begintaak)

II. Noteer werkwoord van herkomst, tijd en vertaling:

    1. ἐθάνετε     2. ἐθέλομεν     3. εὑρέ

ΙΙΙ. Vertaal:

    Ἐπεὶ ὁ Ἕκτωρ ἐκ τῆς μάχης ἔφυγεν, ὁ Ἀχιλλεὺς αὐτὸν

     κατὰ τὸ πεδίον  ἐδίωκεν.

Toets:

IV. Vragen bij T 12, r. 1-5

1. Citeer het Griekse tekstelement dat de plek aangeeft waar Andromache zich bevond.
2. Noteer naamval, geslacht, getal en de functie van de naamval van μεγάροις (r. 2, N) en γυναῖκα (r. 3).
3. Citeer alle ww-vormen (uit r. 1-5 t/m αὐτῷ) die in het imperfectum staan.

V. Cultuur

Denk even terug aan je vorige toets: op welk onderdeel verloor je de meeste punten? Waar moet je nu goed op letten bij de voorbereiding?