Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Programma
1. K: Nakijken + vragen stellen d-toets
B: Filmpjes + vragen
2. Herhaling (LessonUp)
3. Filmpjes + vragen
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Inloggen!
Pak je rekenmachine en log vast in!
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Carte mentale
Slide 5 - Carte mentale
Slide 6 - Carte mentale
Slide 7 - Question ouverte
Slide 8 - Question ouverte
Clemens neemt op vakantie elke dag 50 euro op van zijn spaarrekening. Voordat hij op vakantie gaat, heeft hij 400 euro gespaard. Wat is het vaste bedrag?
Slide 9 - Question ouverte
7,50
5,00
Slide 10 - Question de remorquage
begingetal
stijggetal
daalgetal
Slide 11 - Question de remorquage
begingetal
stijggetal
daalgetal
Slide 12 - Question de remorquage
Het gewicht van een jonge beer is te berekenen met de formule gewicht (kg)=12+1,5w . Hierin is w de tijd in weken. Wat is het begingetal?
A
12
B
1,5
Slide 13 - Quiz
Het gewicht van een jonge beer is te berekenen met de formule gewicht (kg)=12+1,5w. Hierin is w de tijd in weken. Hoe zwaar is de beer bij de geboorte/
Slide 14 - Question ouverte
Het gewicht van een jonge beer is te berekenen met de formule gewicht (kg)=12+1,5w. Hierin is w de tijd in weken. Hoe zwaar is de beer na 4 weken?
Slide 15 - Question ouverte
Het gewicht van een jonge beer is te berekenen met de formule gewicht (kg)=12+1,5w. Hierin is w de tijd in weken. Hoe zwaar is de beer na 12 weken?
Slide 16 - Question ouverte
Jasper gaat op fietsvakantie. De tellerstand van zijn kilometerteller kun je berekenen met de formule tellerstand (km) = 250 + 15t. Hierbij is t de tijd in dagen. Wat is de tellerstand na 10 dagen?