Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Planning:
Introductie
Uitleg: paragraaf 1 H4
maken opdracht
nabespreken paragraaf 1
afsluiting
aan het einde van de les kan/weet je:
de rol van productiemiddelen voor de industrie
welke factoren hebben geleid tot de ineenstorting van de industrie
voorbeelden van vernieuwing benoemen
wat de kenmerken van Hightech bedrijven zijn
waarom Hightech bedrijven graag bij elkaar vestigen
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
uitleg/aantekeningen
Slide 3 - Diapositive
Manchester
Groot-Brittanië
De sportstad
Andere bijnamen: The Rock-'n-Goal Capital of the World en vroeger Cottonpolis
Textielindustrie
Slide 4 - Diapositive
De eerste industriestad
De 18de eeuw (1701-1800)
De industriële revolutie
Manchester en de textielindustrie
Steenkool als energiebron
Locatiefactoren
De industriële revolutie is de overgang van ambachtelijke, handmatige productie naar machinale productie in fabrieken met behulp van nieuwe technieken, zoals de stoommachine.
Slide 5 - Diapositive
De eerste industriestad
Productiemiddelen
Er was veel kennis en ervaring in de streek
Ondernemers wilden nieuwe technieken toepassen: De stoommachine
Begin van massaproductie
Grondstof was katoen
Een productiemiddel is wat je nodig hebt om iets te maken: arbeid, kapitaal en natuur. Heet ook kapitaalgoed.
Slide 6 - Diapositive
§1 Manchester: van industrie naar hightech
Productiemiddel
Lichte industrie
Dienstensector
Agglommeratie voordelen
Wat je nodig hebt om iets te maken: arbeid, kapitaal en natuur. Heet ook kapitaalgoed.
Bedrijven die weinig (ruwe) grondstoffen gebruiken.
Alle bedrijven die diensten verlenen. Heet ook tertiaire sector.
Voordeel dat bedrijven hebben doordat ze vlak bij andere bedrijven gevestigd zijn.
Slide 7 - Diapositive
Crisis en vernieuwing
Na 1970 crisis Manchester
Locatiefactoren zijn veranderd
Lagelonenlanden (concurrentie)
Dienstensector komt op
Moderne stad
landen waar de productie van goederen goedkoper kan worden gedaan dan in West-Europese landen (de lonen zijn daar lager)
Slide 8 - Diapositive
Hightech in Manchester
Samenwerkingsverbanden tussen de overheid, wetenschap en het bedrijfsleven.
Agglomeratievoordelen
Infrastructuur
Slide 9 - Diapositive
Hightech in Manchester
Producten met weinig gewicht en volume, maar met veel waarde.
Footloose
Toch vestigen deze bedrijven zich bij elkaar
Slide 10 - Diapositive
Hightech in Manchester
Multinationale ondernemingen
Veel investeringen in research & development
Kennisintensieve bedrijven
Micro-elektronica, biotechnologie etc.
Slide 11 - Diapositive
zelfstandig werken
lezen paragraaf H3 industrie naar hightech maken opdracht 1 t/m 8 gebruik hierbij:
tekstboek blz. 56/57
werkboek blz. 61/62/63/64
stoplicht: Rood = stil lezen en werken. Oranje = fluisteren als je wilt overleggen. Groen = normaal praat niveau met werken
timer
1:00
Slide 12 - Diapositive
herhalen/nabespreken
Slide 13 - Diapositive
Welk begrip hoort bij deze uitleg? Wat je nodig hebt om iets te maken: arbeid, kapitaal en natuur. Heet ook kapitaalgoed.
A
Grondstof
B
Katoen
C
Productiemiddel
D
Dienstensector
Slide 14 - Quiz
Wat is geen voorbeeld van een grondstof?
A
Katoen
B
Olie
C
Steenkool
D
Arbeid
Slide 15 - Quiz
Wat vormde de concurrentie voor de industrie in Manchester?
A
Massaproductie
B
Lagelonenlanden
C
Lichte industrie
D
De dienstensector
Slide 16 - Quiz
Koppel het begrip aan de juiste uitleg!
Footlose
Agglomeratie
voordelen
Kennis
intensieve
Infrastructuur
Bedrijf dat veel vakkennis nodig heeft om producten te maken.
Bedrijven zonder overheersende vestigingsplaatsfactoren. Bijvoorbeeld een bedrijf dat weinig grondstoffen gebruikt en zich bijna overal kan vestigen.
Voordeel dat bedrijven hebben doordat ze vlak bij andere bedrijven gevestigd zijn.
Alle voorzieningen die nodig zijn om personen, goederen of informatie te vervoeren.
Slide 17 - Question de remorquage
Wat is een bedrijf met vestigingen in verschillende landen?