2.4 Rechtspraak en straffen

Na voetbalrellen neemt de politie tien supporters mee naar het bureau. Ze worden verdacht van geweldpleging en vernieling.De politie mag de supporters:

I. een strafbeschikking uitvaardigen.
II. een transactie opleggen.
III. fouilleren.

A
Alleen I is juist
B
I en II zijn juist
C
Alleen III is juist
D
I, II en III zijn juist
1 / 31
suivant
Slide 1: Quiz
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Na voetbalrellen neemt de politie tien supporters mee naar het bureau. Ze worden verdacht van geweldpleging en vernieling.De politie mag de supporters:

I. een strafbeschikking uitvaardigen.
II. een transactie opleggen.
III. fouilleren.

A
Alleen I is juist
B
I en II zijn juist
C
Alleen III is juist
D
I, II en III zijn juist

Slide 1 - Quiz

Wie behoort tot het Openbaar Ministerie?

I. De officier van justitie.
II. De advocaat.
III. De politie.
IV. De rechter.

A
I, II en III zijn juist
B
I en III zijn juist
C
II, III en IV zijn juist
D
Alleen I is juist

Slide 2 - Quiz

Voor de dader heeft het verschillende gevolgen of een strafbare handeling als misdrijf of als overtreding wordt beschouwd. Welke van de beweringen is of zijn juist?

I. Bij misdrijven zijn de maximumstraffen hoger.
II. Een poging tot een misdrijf is strafbaar, een poging tot een overtreding niet.

A
I is juist, II is onjuist
B
I is onjuist, II is juist
C
I en II zijn beide juist
D
I en II zijn beide onjuist

Slide 3 - Quiz

Een agent belt bij je aan en zegt: “Ik denk dat er een gestolen fiets in jouw schuur staat. Ik wil graag even in de schuur rondkijken. Geef mij dus maar de sleutel.”

Ben je verplicht hem de sleutel te geven? Motiveer je antwoord.

Slide 4 - Question ouverte

Slide 5 - Diapositive

2.4 Rechtspraak en straffen

Slide 6 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je kan uitleggen waarom we straffen en wat we daarmee willen bereiken 
  • Je kan uitleggen hoe een rechtszaak verloopt en welke straffen opgelegd kunnen worden
  • Je kan het verschil uitleggen tussen volwassenenstrafrecht, jeugdstrafrecht en adolescentenstrafrecht

Slide 7 - Diapositive

Waarom straffen we? Welk doel hebben we daarmee?
Waarom straffen we? Welk doel hebben we daarmee?

Slide 8 - Diapositive

Waarom straffen we?
1. Wraak en vergelding
2. Afschrikking
3. Voorkomen van eigenrichting
4. Resocialisatie 
5. Beveiligen van de samenleving

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Kantonrechter
Politierechter
Meervoudige kamer
behandelt alle misdrijven waarvoor max 12 maanden straf geëist kan worden
behandelt overtredingen
behandelt ingewikkeldere en zwaardere misdrijven

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Verloop rechtszaak
1. Opening
2. Aanklacht
3. Verhoor/Onderzoek
4. Requisitoir
5. Pleidooi
6. Laatste woord verdachte
7. Vonnis 

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Hoger beroep
  • Als de veroordeelde OF de Officier van Justitie het niet eens is met het vonnis kan hij/zij in hoger beroep gaan
Het gerechtshof doet de strafzaak dan helemaal opnieuw
  • Mocht je het dan nog niet eens zijn, kan je in cassatie gaan bij de Hoge Raad
  • Hoge Raad kijkt alleen of het recht goed is toegepast, maar doet niet opnieuw onderzoek 

Slide 17 - Diapositive

Soorten straffen: hoofdstraffen 

Slide 18 - Diapositive

1. Vrijheidsstraf 

Slide 19 - Diapositive

2. Geldboete 

Slide 20 - Diapositive

3. Taakstraf 

Slide 21 - Diapositive

Bijkomende straffen & strafrechtelijke maatregelen 

Slide 22 - Diapositive

Voorbeelden 
  • Rijbewijs innemen 
  • Stadionverbod
  • Straatverbod
  • Schadevergoeding betalen 
  • TBS  

Slide 23 - Diapositive

TBS
Tbs (terbeschikkingstelling) is een maatregel om de samenleving te beschermen tegen mensen die misdrijven plegen terwijl ze lijden aan een ernstige stoornis of gebrekkige ontwikkeling.

bron: https://www.rechtspraak.nl/Themas/Tbs

Slide 24 - Diapositive

Voorwaarden 

  • De dader heeft een misdrijf gepleegd waar minstens 4 jaar gevangenisstraf op staat. Of een misdrijf dat speciaal genoemd wordt in de wet, zoals bedreiging.
  • De dader leed aan een persoonlijkheidsstoornis, psychose of verstandelijke beperking toen hij de misdaad beging.
  • De veiligheid van anderen is in gevaar vanwege de kans op herhaling
Kenmerken 

  • ongeveer 9 op de 10 is man
  • de gemiddelde leeftijd ligt rond de 44 jaar
  • ongeveer 1 op de 3 heeft een psychotische stoornis
  • ongeveer 2 op de 3 hebben een persoonlijkheidsstoornis

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Vidéo

Slide 27 - Diapositive

Aan de slag!
Maak opdracht 10 en 11 van 2.4 (blz. 45 en 46 van je werkboek)

Slide 28 - Diapositive

Jeugdstrafrecht 
  • 12 tot 18 jaar 
  • Resocialisatie 
  • Kan ook jeugd TBS worden opgelegd  

Slide 29 - Diapositive

Adolescentenstrafrecht
  • 16 tot 23 jaar 
  • Straffen volgens jeugdrecht of volwassenenstrafrecht 

Slide 30 - Diapositive

Huiswerk
Lezen paragraaf 2.4 Rechtspraak en straffen
lesboek bladzijdes 46 t/m 49 

Maken van paragraaf 2.4 in je digitale werkboek vraag 3, 4, 5, 8, 9 en 10  

Slide 31 - Diapositive