KDN Les 3

Les 3
Reptielen
1 / 45
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieBasisschoolGroep 2,8

Cette leçon contient 45 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 6 vidéos.

Éléments de cette leçon

Les 3
Reptielen

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Vidéo


A. Evolutie

Slide 3 - Diapositive

Lesboek

Slide 4 - Diapositive

Eencelligen
Eencelligen zijn de eenvoudigste dieren die er bestaan. Ze bestaan zoals de naam het zegt maar uit één cel. Een cel is het allerkleinste levende stukje. Sommige lijken op piepkleine diertjes, omdat ze kleine deeltjes opeten. Andere lijken op piepkleine plantjes omdat ze kracht halen uit het licht van de zon om te leven en te groeien. Er bestaan vele miljarden eencelligen die als belangrijk eten dienen voor andere grote dieren. Je vindt de meeste in de zee waar ze plankton vormen

Slide 5 - Diapositive

Meercelligen
Een organisme is meercellig als het uit meer dan een cel bestaat. Cellen zijn heel klein; bijna alle organismen die met het blote oog waarneembaar zijn, zijn meercellig. 

Slide 6 - Diapositive

Quiz

Slide 7 - Diapositive

Rond 3,5 miljard jaar geleden ontstonden de eerste cellen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quiz

Daarna ontstonden er meercellige dieren en .....
A
mensen
B
vissen
C
planten
D
reptielen

Slide 9 - Quiz

Wat kwamen na de vissen?
A
de mensen
B
de amfibieën
C
de planten
D
de zoogdieren

Slide 10 - Quiz

Welke volgorde is goed?
A
amfibieën - reptielen - zoogdieren - mens
B
mens - zoogdieren - amfibieën - reptielen
C
reptielen - mens - amfibieën - zoogdieren
D
zoogdieren - reptielen - mens - amfibieën

Slide 11 - Quiz

De reptielen bestaan al 60x zo lang als wij, mensen. Er zijn inmiddels meer dan 10.000 soorten reptielen. Ze worden meestal in 6 soorten verdeeld.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

De amfibieën, groeien eerst op in het water, zoals een vis en later (met longen) ademen op het land.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

B.  Kenmerken

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Lesboek

Slide 16 - Diapositive

Les 3
Opdracht 1 Vraag 1
timer
10:00

Slide 17 - Diapositive

Antwoord 
  • Reptielen hebben een inwendig skelet.
  • Ze zijn koudbloedig. 
  • Hun huid is met schubben bedekt. 
  • Hun eieren hebben harde kalkachtige schalen en worden op    het land gelegd. 
  • De jongen komen levend uit en  zijn meteen volledig ontwikkeld.

Slide 18 - Diapositive

Quiz

Slide 19 - Diapositive

Reptielen hebben een ..... skelet.

Slide 20 - Question ouverte

Reptielen zijn koudbloedig.
Wat betekent dit?
A
hun bloed de temperatuur van de omgeving niet anneemt
B
Ze hebben bloed en ademen door longen
C
hun bloed de temperatuur van de omgeving aanneemt
D
ze leven in koud water

Slide 21 - Quiz

De huid van reptielen is met ..... bedekt.
A
schubben
B
veren
C
haar

Slide 22 - Quiz

Reptielen ademen door longen en ze leggen hun eieren in het water.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quiz

Hun eieren hebben leerachtige of kalkachtige schaal.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 24 - Quiz

Sommige reptielen houden de eieren in hun lijf totdat ze uitkomen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quiz

De jongen komen levend en volledig ontwikkeld naar buiten.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 26 - Quiz

C. Soorten

Slide 27 - Diapositive

Lesboek

Slide 28 - Diapositive

Les 3 
Opdracht 1 Vraag 2
Opdracht 2 Vraag 1
timer
13:00

Slide 29 - Diapositive

Antwoord vraag 2
                      Hagedissen O          O vleeseters
                        Krokodillen O          O 150-200 jaar
             Brughagedissen O          O 2 of geen poten
                               Slangen O          O Nieuw Zeeland
           Wormhagedissen O           O gavialen
                    Schildpadden O          O Leguaan

Slide 30 - Diapositive

Antwoord Vraag 1
Vissen                   ____ 3
Meercelligen      ____ 2
Mensen                 ____ 7
Reptielen             ____ 5
Eencelligen         ____ 1
Zoogdieren          ____ 6
Amfibieen            ____ 4

Slide 31 - Diapositive

Quiz

Slide 32 - Diapositive

De komodo en de leguaan behoren tot de groep van de hagedissen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 33 - Quiz

Slide 34 - Vidéo

..... hebben maar 2 poten of zelfs helemaal geen poten.
A
Landhagedissen
B
Schildhagedissen
C
zeehagedissen
D
Wormhagedissen

Slide 35 - Quiz

Slide 36 - Vidéo

Brughagedissen n worden beschermd omdat ze bijnauitgestorven waren. Waar kome ze voor?
A
In de tropen
B
In Afrika
C
In alleen Nieuw-Zeeland
D
In Mexico

Slide 37 - Quiz

Welk dier heeft een schild om zich tegen vijanden te beschermen?

Slide 38 - Question ouverte

De grootste landschildpad is de Galapagos reuzenschildpad . Deze kunnen wel ..... kilo wegen en zo tussen 150 en 200 jaar oud worden!
A
100
B
250
C
380
D
550

Slide 39 - Quiz

Slide 40 - Vidéo

Uit hoeveel families bestaan de krokodilachtigen?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 41 - Quiz

Slide 42 - Vidéo

Sommige slangen zijn giftig, anderen wurgen hun prooi.
Alle slangen zijn .....
A

Slide 43 - Quiz

Sommige slangen zijn giftig, anderen wurgen hun prooi.
Alle slangen zijn .....
A
planteneters
B
vleeseters

Slide 44 - Quiz

Einde les

Slide 45 - Diapositive