Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Welkom
economen!
Slide 1 - Diapositive
Hoofdstuk 5: Is er werk voor jou?
5.1 Wat levert werken op?
5.2 Wat voor een onderneming
5.3 Doe jij mee op de arbeidsmarkt?
5.4 Als je zonder werk zit
Slide 2 - Diapositive
Wat gaan we doen vandaag?
Planner volgt
Leerdoelen & uitleg 5.1
Zelfstandig aan de slag 'Weet je het nog'
Leerdoelen behaald
Afsluiten
Slide 3 - Diapositive
Leerdoelen
Na deze les weet je ...
wat voor redenen je kunt hebben om te werken
waarvan de hoogte van je loon afhankelijk is
hoe je je nettoloon kunt berekenen
wat het verschil is tussen wit, grijs en zwart werk
wat je minstens moet verdienen en hoe je dat omrekent voor een deeltijdbaan
Slide 4 - Diapositive
Zelfstandig werken
Zie de planner in It's learning week 4
Slide 5 - Diapositive
Arbeidsmotieven = redenen om te werken
1. Geld verdienen
2. Jezelf ontwikkelen
3. Ritme
4. Nuttig en zinvol bezig zijn
5. Sociale contacten
Slide 6 - Diapositive
(on)geschoold werk
Ongeschoold
Geschoold
Slide 7 - Diapositive
Heldere afspraken
In een arbeidsovereenkomst staan afspraken over:
het werk dat je doet
het aantal uren dat je werkt
je loon
De meeste afspraken komen uit de cao: Hierin staan de arbeidsvoorwaarden voor een bedrijfstak. Cao-afspraken worden gemaakt door vakbonden en organisaties van werkgevers.
Individuele arbeidsovereenkomst
cao
collectieve arbeidsovereenkomst
Slide 8 - Diapositive
Nettoloon berekenen
Het Nettoloon is dat wat je op je bankrekening gestort krijgt!!
Wat wordt er met dit geld (loonbelasting + sociale premies = inhoudingen) gedaan?
Slide 9 - Diapositive
Nettoloon berekenen
Bas heeft een brutoloon van €2150,-. De loonbelasting bedraagt €250,- en de sociale premies zijn €80,-.
Wat is zijn nettoloon?
Slide 10 - Diapositive
Nettoloon berekenen (2)
Jouw brutoloon is €450,- per maand. Hiervan wordt €75,- aan loonbelasting ingehouden en 6% aan sociale premies.
Bereken je nettoloon
Slide 11 - Diapositive
Welke arbeidsmotieven zijn er?
Slide 12 - Diapositive
Wat is een voorbeeld van geschoold werk?
A
Schoonmaker
B
Docent
C
Vakkenvuller
D
Telefoniste
Slide 13 - Quiz
Vraag 3
In de ............ staan de arbeidsvoorwaarden die gelden in een bepaalde ........... zoals het onderwijs en de politie.
Bedrijfstak
Vakbond
Arbeidsovereenkomst
CAO
Slide 14 - Diapositive
Wit werk
Werk waarvoor je betaald krijgt en belasting + premies afdraagt
Grijs werk
Vrijwilligerswerk
Werk in het huishouden
Waarvoor je niet wordt betaald
Zwart werk
Betaalde arbeid waarover je geen belasting en premies betaald
Slide 15 - Diapositive
Aan de slag!
Maken: Opdracht 2, 3B, 5, 6, 7,
timer
1:00
Slide 16 - Diapositive
Wat wordt je loon?
je hebt recht op het wettelijk minimumloon.
dat is het brutoloon dat een werknemer vanaf 21 jaar en ouder minstens moet verdienen bij een volledige baan.
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Diapositive
Loon berekenen
Dirk is 20 jaar werkt 28 uur per week in de supermarkt. Hij verdient daar 25% meer dan het minimumloon. Een voltijdbaan in een supermarkt is 40 uur per week.
Bereken hoeveel Dirk per maand verdient.
Slide 19 - Diapositive
Nu zelf!
Richard is 15 jaar en werkt 12 uur in de week in de horeca. Hij verdient 12% meer dan het minimumloon. Een voltijdbaan in de horeca is 38 uur per week. Bereken hoeveel Richard per maand verdient.
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Zelfstandig werken
Zie de planner in It's learning week 4
Slide 22 - Diapositive
Leerdoelen
Wat weet je nog van.....
wat voor redenen je kunt hebben om te werken
waarvan de hoogte van je loon afhankelijk is
hoe je je nettoloon kunt berekenen
wat het verschil is tussen wit, grijs en zwart werk
wat je minstens moet verdienen en hoe je dat omrekent voor een deeltijdbaan