Paul en Paula A2 hoofdstuk 1 - 5

Paul en Paula A2 hoofdstuk 1 - 5

Waar woont Paul?

hoofdstuk 1

Paul en Paula zoeken een nieuwe auto

1. waar
2. niet waar

Paul werkt 3 dagen per week

1. waar
2. niet waar

Waar werkt Paul?

1. In een ziekenhuis
2. In een dierentuin
3. In een kantine van een school

Wie is Paula?

1. Een collega van Paul
2. De vriendin van Paul
3. De zus van Paul

Paula komt uit Portugal

1. Waar
2. Niet waar

Paul en Paula vinden eindelijk een leuk huis met balkon.

1. Waar
2. Niet waar

Hoeveel slaapkamers hebben Paul en Paula in hun nieuwe huis?

1. twee
2. drie
3. één

Wat eet Paula?

hoofdstuk 2

1. Een salade
2. Een appel
3. Een broodje kaas

Waarom doet Paula alles in dozen?

Paul helpt Paula de hele dag.

1. Waar
2. Niet waar

Waarom gaan ze een nieuwe bank kopen?

1. Ze hebben geen bank
2. Hun banken zijn vies en oud
3. Ze vinden hun bank te klein

Waar vindt Paula een mooie bank?

hoofdstuk 3

1. In een meubelwinkel
2. Op Marktplaats
3. In een tweedehands winkel

Welke kleur is de bank van Paula?

1. Oranje
2. Groen

Paul vindt zijn bank op internet

1. Waar
2. Niet waar

Ze kopen groene kussens bij de oranje bank

1. Waar
2. Niet waar