Grammatica. les 5

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Even terugkijken naar vorige les

Je hebt samen met Valerio en Dennis geleerd ijs te maken! Hierbij heb je veel zelfstandige werkwoorden gebruikt. Het zelfstandig werkwoord:

- geeft een actie/handeling/gebeurtenis aan

- kan alleen in een zin staan, maar ook samen met andere werkwoorden

- komt in verschillende vormen voor: de persoonsvorm, het voltooid deelwoord en de infinitief (hele werkwoord).

In deze les ontdek je:

waarom het zelfstandig werkwoord het belangrijkste werkwoord in een zin is

dat het hulpwerkwoord het zelfstandig werkwoord 'helpt' in een zin.

Aan de slag

Met opdracht 1 t/m 6

Opdracht 1 doen we samen!

Hulpwerkwoorden geven aan of het belangrijkste werkwoord ...

• misschien nog gaat gebeuren: De juf zou een mop vertellen.
• mogelijk is: De leraar kan een fout maken.
  
• waarschijnlijk is: Het schijnt morgen te gaan onweren.
  
• al gebeurd is: De toren is gevallen.
  

Over het hulpwerkwoord

• Niet elke zin heeft een hulpwerkwoord.
  
• Een zin kan ook meer dan één hulpwerkwoord hebben.
  
• Het hulpwerkwoord kan in verschillende vormen voorkomen.
  
• De persoonsvorm (pv) en de infinitief komen het meest voor.
  

Trucjes:

• Het hulpwerkwoord kun je weglaten uit de zin.
  
• Als er meer werkwoorden in de zin staan, dan is de pv altijd het hulpwerkwoord.
  

Zelfstandig aan de slag

Met opdracht 7 t/m 9

Let op; lees de teksten goed!

Alle onderdelen van de vorige lessen komen terug!!

Daarna; maak de peperopdrachten!!

HIERNA HEBBEN WE GRAMMATICA 1 AFGEROND!

Test jezelf

• Het volgende fragment komt uit een schoolboek.
  
• Noteer van welk vak deze tekst afkomstig is.
  
• Onderstreep in de tekst de hulpwerkwoorden en markeer de zelfstandige werkwoorden
  

Opdracht 10 

Straffen

Vroeger hadden ze andere straffen dan nu. Voor kleine vergrijpen werd je aan de schandpaal genageld. Voor ergere misdaden werd je naar het tuchthuis gebracht. Dat was een soort gevangenis waar je heel hard moest werken. De doodstraf werd ook gegeven. Je werd dan opgehangen aan de galg, een paal met een touw eraan.

Naar: Wijzer door de tijd.

De tekst komt uit;

Straffen

Vroeger hadden ze andere straffen dan nu. Voor kleine vergrijpen werd je aan de schandpaal genageld. Voor ergere misdaden werd je naar het tuchthuis gebracht. Dat was een soort gevangenis waar je heel hard moest werken. De doodstraf werd ook gegeven. Je werd dan opgehangen aan de galg, een paal met een touw eraan.

0 of 1 fout? Ga naar de 3-peperopdracht.

2 fouten? Ga naar de 2-peperopdracht.

3 fouten of meer? Ga naar de 1-peperopdracht.

Daarna; maak de peperopdrachten!!

HIERNA HEBBEN WE GRAMMATICA 1 AFGEROND!