Inzicht in taal
1 / 14
La durée de la leçon est: 100 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 2 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
schuldig zijn, zelf ook fouten maken
Het regent erg hard.
veel geluk, voorspoed hebbend
sprakeloos zijn door verbazing
iets wat je opzijlegt voor later
Het lijkt mooi, maar er zit een gevaar achter.
heel hard werken
Er schuilt een addertje onder het gras.
Het regent pijpenstelen.
een appeltje voor de dorst
de wind in de zeilen hebben
Nu breekt mijn klomp.
werken als een paard
boter op zijn hoofd hebben
Slide 3 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 4 - Diapositive
1) Studeer de vakbegrippen
2) Maak de 'toets'
Slide 5 - Lien
Betekenis achterhalen of zelf fig taalgebruik gebruiken
de uitdrukking
het spreekwoord
het gezegde
de bloemetjes buitenzetten
iemand in de bloemetjes zetten
Waar het hart van vol is, loopt de mond van over.
in hart en nieren
het rijk alleen hebben
met hart en ziel
Slide 6 - Question de remorquage
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 7 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 8 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 9 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 10 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Kat
Slide 11 - Carte mentale
Associaties door:
- woorden die op elkaar lijken
- antoniemen
- Hyporoniemen
- Hyponiemen
Slide 12 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
Slide 13 - Diapositive
Cet élément n'a pas d'instructions
A
Slide 14 - Quiz
Cet élément n'a pas d'instructions
