Formeel/informeel gesprek

Formeel/informeel taalgebruik
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Formeel/informeel taalgebruik

Slide 1 - Diapositive

Planning
  • leerdoelen
  • terugblik les gister
  • theorie
  • opdrachten
  • les afsluiten/leerdoel behaald? 

Slide 2 - Diapositive

Leerdoel
  • Je kent het verschil tussen formeel en informeel
  • Je kan het verschil tussen zakelijk en niet-zakelijk onder woorden brengen 

Slide 3 - Diapositive

Terugblik les gister
Jullie hebben het gehad over formele gesprekken en informele gesprekken.

  • Formeel -  zakelijk, nette taal, mensen die elkaar niet kennen, vaak serieus

  • Informeel - 'los' taalgebruik, vind plaats tussen bekenden

Slide 4 - Diapositive

zakelijk communiceren en rapporteren

Dit kan op verschillende manieren
  • Agenda (papier of digitaal)
  • brief
  • email
  • formulier
  • Presentatie (powerpoint, prezi, publisher, sway)

Slide 5 - Diapositive

Opdrachten vandaag
opdracht 89 - praktijk
opdracht 90 - boek
opdracht 91 - boek
opdracht 92 - flyer in publisher of canva

Slide 6 - Diapositive

Leerdoel
  • Je kent het verschil tussen formeel en informeel
  • Je kan het verschil tussen zakelijk en niet-zakelijk onder woorden brengen 

Slide 7 - Diapositive

Wat is informeel taalgebruik (antw + vb)

Slide 8 - Carte mentale

Wat is formeel taalgebruik (antw + vb)

Slide 9 - Carte mentale

U vindt de congreszaal aan uw linkerhand mevrouw
A
Formeel
B
Informeel

Slide 10 - Quiz

Ik heb zo hard gelachen vandaag. Een van de sprekers wilde de microfoon uitproberen en vertelde een schuine mop, hilarsch!
A
Formeel
B
Informeel

Slide 11 - Quiz

Hoe heb je afgelopen weekend gespeeld Nick, hebben jullie gewonnen?
A
Formeel
B
Informeel

Slide 12 - Quiz

Bij binnenkomst geven we alle deelnemers een badge met hun naam erop
A
Formeel
B
Informeel

Slide 13 - Quiz

Je ziet er goed uit, schatje
A
Formeel
B
Informeel

Slide 14 - Quiz

Als je mensen ontvangt op kantoor die je voor het eerst ziet spreek je...
A
Formeel
B
Informeel

Slide 15 - Quiz

Met je vrienden in het weekend spreek je...
A
Formeel
B
Informeel

Slide 16 - Quiz

Wat is het verschil tussen zakelijk en niet-zakelijk

Slide 17 - Question ouverte