lijdend bedrijvend grammatica CMC

BEDRIJVENDE EN LIJDENDE



1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

BEDRIJVENDE EN LIJDENDE



Slide 1 - Diapositive

Lesdoel voor vandaag
Je leert wat de lijdende (passieve) en bedrijvende (actieve) vorm is.

Slide 2 - Diapositive

Wat is de lijdende vorm?

Slide 3 - Diapositive

Bijvoorbeeld 
Lijdend (passief): Ik word betrapt bij het afkijken.

Bedrijvend (actief): Iemand betrapt me bij het afkijken. 

Slide 4 - Diapositive

Omzetten naar lijdende vorm: 
Gebruik je het werkwoord worden als hulpwerkwoord. 
Wie of wat precies de handeling verricht, wordt dan onduidelijk.  

Slide 5 - Diapositive

Omzetten naar bedrijvende vorm
  • Het lijdend voorwerp wordt onderwerp.
  • Het onderwerp wordt een bijwoordelijke bepaling die begint met door.
  • In het gezegde komt een vorm van het hulpwerkwoord worden te staan.

Slide 6 - Diapositive

Let op!

Als een bedrijvende zin in de onvoltooide tijd staat, moet je in de lijdende zin het hulpwerkwoord worden gebruiken.


Als je een bedrijvende zin in de voltooide tijd omzet in een lijdende zin, moet je het hulpwerkwoord zijn gebruiken.


De tijd van de zin moet hetzelfde blijven!


Slide 7 - Diapositive

Taalblokken
Spelling en grammatica
maak de opdracht bij

Zinsbouw - Lijdende (passieve) en bedrijvende (actieve) vorm

timer
15:00

Slide 8 - Diapositive

Was de uitleg duidelijk?
Controleer je antwoord!
Heb je een vraag? 


Slide 9 - Diapositive

Jara laat de hond uit


Wat is het onderwerp? Jara

Jara doet iets-> ze laat de hond uit


Als het ONDERWERP de handeling verricht van het WG noem je de zin BEDRIJVEND of ACTIEF.


Slide 10 - Diapositive

De hond wordt door Jara uitgelaten.
Het onderwerp ondergaat de handeling (het uitlaten). Als het ONDERWERP de handeling ondergaat, noemen we de zin LIJDEND of PASSIEF.

Slide 11 - Diapositive

oefenen...

De man heeft de computer gekocht. (v.t.t.)



Slide 12 - Diapositive


De computer is door de man gekocht. (v.t.t.)

Slide 13 - Diapositive

De man zal de computer kopen. (o.t.t.t.)


De man zou de computer gekocht hebben. (v.v.t.t.)

Slide 14 - Diapositive

De computer zal door de man gekocht worden. (o.t.t.t.)


De computer zou door de man gekocht zijn. (v.v.t.t.)

Slide 15 - Diapositive

Omzetten lijdend->bedrijvend
  • De doorbepaling wordt het onderwerp.
  • Het onderwerp wordt LV.
  • Haal uit het gezegde de vorm van 'worden' weg.


Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo