Les 6 Geluidssterkte_H2A

DEZE LES
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 32 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

DEZE LES

Slide 1 - Diapositive

8.2 Toonhoogte en frequentie
in de vorige les...

Frequentie in Hz:                 Aantal trillingen per seconde


Trillingstijd in s:                     Tijd nodig voor 1 
                                                   volledige trilling 
f=T1
T=f1

Slide 2 - Diapositive

8.2 Toonhoogte en frequentie
in de vorige les...







mens: 20 Hz t/m 20.000 Hz 


Slide 3 - Diapositive

 H8.2 opdr 1 t/m 9
Afmaken, nakijken of vragen stellen (10 minuten)

Slide 4 - Diapositive

8.3 Geluidssterkte
Frequentie bepaald hoe hoog of laag het geluid is.
Hoe hard of hoe zacht geluid is de geluidssterkte.

Slide 5 - Diapositive

6.3 Geluidssterkte
Geluidssterkte = hoe hard het geluid (toon) klinkt. 
Hoe harder het geluid, hoe heviger de trillingen.


Slide 6 - Diapositive

6.3 Geluidssterkte
Geluidssterkte = hoe hard het geluid (toon) klinkt. 
Hoe harder het geluid, hoe heviger de trillingen.


Slide 7 - Diapositive

6.3 Geluidssterkte
Geef de frequentie en geluidssterkte aan, kies uit:
Hoog of laag en zacht of hard

1
2
3
4

Slide 8 - Diapositive

6.3 Geluidssterkte
Neem deze trilling over in je schrift.

 Opdracht 1: Teken een golf met de zelfde geluidssterkte maar een hogere frequentie

Slide 9 - Diapositive

6.3 Geluidssterkte
Neem deze trilling over in je schrift.

 Opdracht 2: Teken een golf met de zelfde frequentie maar een lagere geluidssterkte.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

6.3 Geluidssterkte

Slide 12 - Diapositive

 H8.3 Geluidssterkte

Slide 13 - Diapositive

8.3 Geluidssterkte
Hoe harder het geluid, hoe heviger de trillingen.
De hoogte van de trilling geeft de hardheid van het geluid weer, we noemen die hoogte de amplitude.


  • Als de geluidssterkte groter wordt, dan neemt de amplitude toe. 

Slide 14 - Diapositive

8.3 Geluidssterkte
  • De geluidssterkte heeft als eenheid decibel (dB)
  • De geluidssterkte meet je met een decibelmeter.
decibelmeter
De geluidssterkte neemt af bij grotere afstand tot het geluid.

Slide 15 - Diapositive

8.3 Geluidssterkte
  • Als het aantal geluidsbronnen twee keer zo groot wordt, neemt de geluidssterkte met 3 dB toe

Slide 16 - Diapositive

 H8.3 opdr 3, 4, 5, 7, 8, 9
Nakijken kan met het antwoordenboekje voorin de klas

Slide 17 - Diapositive

8.3 Geluidssterkte
  • Gehoordrempel Geluidssterkte waarbij je het geluid net begint te horen.

  • Pijngrens     Geluidssterkte waarbij   je oren pijn gaan doen.

Slide 18 - Diapositive

8.3 Geluidssterkte
  • Decibelmeter beschermen met een A-filter, geluidssterkte dan in dB(A)
decibelmeter

Slide 19 - Diapositive

 H8.3 opdr 1 t/m 10
Nakijken kan met het antwoordenboekje voorin de klas

Slide 20 - Diapositive

 Samenvatting H8.1 t/m H8.3
Samenvattig en tips voor de toets van woensdag

Slide 21 - Diapositive

Belangrijke tips:
Leg uit vragen
Gebruik zo veel mogelijk natuurkundige begrippen en check of je ECHT antwoord geeft op de vraag.

Reken vragen
1. Schrijf op wat er is gegeven
2. Schrijf op wat er is gevraagd
3. Denk na over hoe je op het antwoord kunt komen
4. Schrijf je berekening op met de formules die je gebruikt
5. Geef je antwoord met eenheid (voorbeeld v = 3.0 m/s)
6. Check of je echt antwoord geeft op de vraag.

Bepaal vragen
Zelfde als de reken vragen maar nu moet je iets uit een figuur gebruiken



Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

6.2 Toonhoogte en frequentie

Slide 26 - Diapositive

6.2 Toonhoogte en frequentie

Slide 27 - Diapositive

6.2 Toonhoogte en frequentie

Slide 28 - Diapositive

6.2 Toonhoogte en frequentie

Slide 29 - Diapositive

6.2 Toonhoogte en frequentie

Slide 30 - Diapositive

6.2 Toonhoogte en frequentie

Slide 31 - Diapositive

AFSLUITING

Slide 32 - Diapositive