2HV H2 Lezen Tekstverbanden en signaalwoorden

Lezen H2
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Lezen H2

Slide 1 - Diapositive

Doel van de les
Je kent drie nieuwe verbanden en hun signaalwoorden.
- concluderend verband
- redengevend verband
- oorzakelijk verband

Slide 2 - Diapositive

Herhaling leerjaar 1
In een goede tekst hangen woorden, zinnen en alinea’s met elkaar samen. Die samenhang heet het verband in de tekst.

Door te letten op verbanden in de tekst, kun je de tekst beter begrijpen. Je kunt verbanden vaak herkennen aan signaalwoorden.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Er zijn drie dingen die iedereen kan doen om bij te dragen aan een beter milieu.

Ik verwacht hierna een.....
A
tegenstelling
B
toelichting
C
opsomming
D
chronologie

Slide 5 - Quiz

[..........] weeg je de droge ingrediënten af. [...........] meng je de droge ingrediënten met de melk. [........] doe je alles in het bakblik.

Welke signaalwoorden passen hier?

Slide 6 - Question ouverte

Nieuwe tekstverbanden

Slide 7 - Diapositive

De weg is spiegelglad. Daarom lopen de kinderen heel voorzichtig naar school.

Er is hier sprake van een ........
A
conclusie
B
reden
C
oorzaak-gevolg
D
toelichting

Slide 8 - Quiz

De weg is spiegelglad. Daardoor gaan veel fietsers op de brug onderuit.

Er is hier sprake van een ........
A
conclusie
B
reden
C
oorzaak-gevolg
D
toelichting

Slide 9 - Quiz

Uitleg
De weg is spiegelglad. 
Daarom lopen de kinderen heel voorzichtig naar school.
De kinderen hebben een keuze.
Ze kunnen ook niet voorzichtig lopen.

Daardoor gaan veel fietsers op de brug onderuit.
De fietsers hebben geen keuze of vrije wil gehad.
Ze hebben er niet voor gekozen om onderuit te gaan.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Vidéo

conclusie
reden
oorzaak
kortom
al met al
concluderend
dankzij
want
omdat
doordat
daardoor
het gevolg is

Slide 12 - Question de remorquage

Signaalwoorden met meerdere verbanden
Kijk heel goed wat er gebeurt.
Is er bijvoorbeeld geen sprake van vrije wil of niet?
dus
daarom
dankzij
conclusie
X
X
reden
X
X
X
oorzaak
X
X

Slide 13 - Diapositive

Dankzij dat nieuwe medicijn heb ik minder last van pijn.
A
concluderend verband
B
redengevend verband
C
oorzakelijk verband
D
toelichtend verband

Slide 14 - Quiz

Omdat er een tekort aan docenten is, heeft de minister een nieuw plan geschreven.
A
concluderend verband
B
redengevend verband
C
oorzakelijk verband
D
toelichtend verband

Slide 15 - Quiz

De toets is door veel leerlingen slecht gemaakt. Kortom, de toets was te moeilijk.
A
concluderend verband
B
redengevend verband
C
oorzakelijk verband
D
toelichtend verband

Slide 16 - Quiz

Mijn hond heeft mijn huiswerk opgegeten, dus kan ik mijn huiswerk niet laten zien.
A
concluderend verband
B
redengevend verband
C
oorzakelijk verband
D
toelichtend verband

Slide 17 - Quiz

Veel mensen raken in financiële problemen doordat de energieprijzen enorm stijgen.
A
concluderend verband
B
redengevend verband
C
oorzakelijk verband
D
toelichtend verband

Slide 18 - Quiz

Opdracht 1
Nieuw Nederlands bladzijde 42

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Wat is het onderwerp van deze tekst?
A
weggegooide matrassen
B
de straatkunst van Lor-K
C
straatafval
D
koken met straatafval

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Vidéo

In alinea 1 is sprake van een redengevend verband. Aan welk signaalwoord herken je dit verband?

Slide 23 - Question ouverte

HUISWERK
Lees tekst 2 'Koken met afval' (blz. 43)
Maak opdracht 1 (blz. 42)

Slide 24 - Diapositive

Noem de drie tekstverbanden die je vandaag geleerd hebt.

Slide 25 - Question ouverte

Ik ken drie nieuwe verbanden.
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Sondage

Noem twee signaalwoorden voor een concluderend verband.

Slide 27 - Question ouverte

Noem twee signaalwoorden voor een redengevend verband.

Slide 28 - Question ouverte

Noem twee signaalwoorden voor een oorzakelijk verband.

Slide 29 - Question ouverte

Ik kan twee signaalwoorden
per tekstverband noemen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Sondage

En tot de volgende keer.

Slide 31 - Diapositive