Gt3D 16 november

• Bedrijfseconomie
• Middelbare school

Planning

- Huiswerk
- Vraag 26 & 27 klassikaal
- oefenen paragraaf 3.1 & 3.2

Huiswerk

- je krijgt 10 minuten om het huiswerk na te kijken (blz. 90 & 91)
- ben je klaar? Maak opgave 8 van de rekenopgaven

Vraag 26 & 27 klassikaal

Giraal geld

Chartaal geld

geld op je pinpas

Geld op je betaalrekening

Geld dat je niet kan aanraken

Munten en bankbiljetten

Leg uit waarom winkeliers liever hebben dat je aankopen giraal afrekent in plaats van chartaal

De rente (in procenten) op geleend geld is groter dan de rente (in procenten) op spaargeld

1. Juist
2. Onjuist

debetsaldo

Creditsaldo

Saldo: €165,45 tekort

Saldo: €125.000 (tegoed)

Saldo: €78,34 (tekort)

Sparen voor een doel

Sparen uit voorzorg

Sparen voor de rente

Je spaart om voor het geval er iets onverwachts gebeurd waar je geld voor nodig hebt

je spaart om volgende jaar een nieuwe fiets te kopen

Je spaart om een financiële buffer op te bouwen

je spaart om rente te ontvangen

Kevin heeft €4.100 op een spaarrekening staat. De rente in 0,8%.Hoe veel rente ontvangt Kevin in 2 jaar met enkelvoudige rente?

1. €32,80
2. €656
3. €328
4. €65,60

Kevin had zijn €4.100 spaargeld ook op een spaarrekening kunnen zetten met samengestelde rente. Het rente% is 0,8%. Wat is het saldo van Kevin zijn spaarrekening na 2 jaar?

1. €4.428
2. €4.782,24
3. €4.165,86

Huiswerk

- Oefenopgaven paragraaf 3.3 & 3.4

- vraag 8 rekenopgaven (enkelvoudige & samengestelde rente)

- vraag 14 rekenopgaven ( met als extra informatie dat je bij elke opgave €5 provisie moet rekenen)