Spelling-H.5-lastige leestekens/Engelse ww

Wat moeten jullie straks kennen en kunnen?


Na deze les weten jullie hoe je komma's, dubbele punten, aanhalingstekens en puntkomma's moet gebruiken. 


Tevens weet je hoe je Engelse werkwoorden correct kunt spellen









1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Wat moeten jullie straks kennen en kunnen?


Na deze les weten jullie hoe je komma's, dubbele punten, aanhalingstekens en puntkomma's moet gebruiken. 


Tevens weet je hoe je Engelse werkwoorden correct kunt spellen









Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Lien

LEES  ZELFSTANDIG  EN STIL 
DE THEORIE VAN BLZ. 168 en uitleg bij opdr. 7 blz. 170 
 
TIP:MARKEER DE REGELS MET DE DOTS, NIET DE VOORBEELDEN

JULLIE KRIJGEN ER ZO VRAGEN OVER

Slide 3 - Diapositive

Een komma geeft een rust in de zin aan. Je gebruikt een komma?

Slide 4 - Question ouverte

Een dubbele punt dient om iets aan te kondigen, zoals?

Slide 5 - Question ouverte

Aanhalingstekens gebruik je?

Slide 6 - Question ouverte

Let op: de komma na een citaat met een vraag- of uitroepteken is niet verplicht.


Je mag dus ook schrijven: ‘Fiets jij mee?’ vroeg Dieke aan Cas.

Slide 7 - Diapositive

Een puntkomma gebruik je?

Slide 8 - Question ouverte

Zo spel je Engelse leenwoorden
Een samenstelling van Engelse woorden schrijf je in het Nederlands als één woord: latenightshow, voicemail.
Als het rechterdeel van de samenstelling een Engels voorzetsel is, plaats je een koppelteken: time-out, all-in.
Als de combinatie wordt gezien als een woordgroep, schrijf je de delen los: second
opinion, low budget.

Slide 9 - Diapositive

We vervoegen Engelse werkwoorden net als Nederlandse werkwoorden. Als het woord in het Engels eindigt op een dubbele medeklinker, schrijven we?
A
een enkele medeklinker
B
dubbele medeklinker

Slide 10 - Quiz

Aan de slag

Slide 11 - Diapositive

Bekijk in de theorie op blz. 168 de voorbeeldzinnen en gebruik de theorie als je de opdrachten gaat maken.

Maken:
startopdr. 
opdr.1 t/m3+
opdr. 5 t/m 8

blz. 168 t/m 171

Slide 12 - Diapositive

                                          H3A-2022

Slide 13 - Diapositive

                                          H3B-2022

Slide 14 - Diapositive

H3C

Slide 15 - Diapositive

Een komma geeft rust in de zin aan. Je gebruikt een komma: 
-voor en na een aanspreking
-tussen de delen van een opsomming (maar niet voor en)
-tussen twee persoonsvormen
-tussen de hoofdzin en een bijzin, als de delen lang zijn
-voor en achter een bijstelling
(zie voorbeelden in de theorie blz.168)

Slide 16 - Diapositive

Een dubbele punt dient om iets aan te kondigen:
-een citaat (directe rede=de letterlijke weergave van iemands woorden in een tekst)
-een gedachte (let op: bij een gedachte gebruik je geen aanhalingstekens)
-een opsomming
-een uitleg of toelichting


(zie voorbeelden in de theorie blz.168)

Slide 17 - Diapositive

Aanhalingstekens gebruik je:
bij citaten 
Let op: de komma na een citaat met een vraag- of uitroepteken is niet verplicht.
Je mag dus ook schrijven: ‘Fiets jij mee?’ vroeg Dieke aan Cas.



(zie voorbeelden in de theorie blz.168)






(zie voorbeelden in de theorie blz.168)

Slide 18 - Diapositive

als het woord zelf bedoeld wordt en niet de betekenis:
– Het woord ‘gaarne’ klinkt ouderwets.
als het woord op een speciale manier (bijvoorbeeld spottend) gebruikt wordt:
– De agent zei dat hij die ‘lieve’ jongen wel zou inrekenen.








(zie voorbeelden in de theorie blz.168)

Slide 19 - Diapositive

Een puntkomma gebruik je:
-tussen hoofdzinnen die sterker met elkaar samenhangen dan losse zinnen

-als afsluiting van de onderdelen van lange opsommingen die onder elkaar staan.
Het laatste onderdeel krijgt als afsluiting een punt. 

Kijk voor een voorbeeld naar de opsomming in de uitleg bij opdracht 1







(zie voorbeelden in de theorie blz.168)

Slide 20 - Diapositive

Let op: We vervoegen Engelse werkwoorden net als Nederlandse werkwoorden. 

Als het woord in het Engels eindigt op een dubbele medeklinker, schrijven we een enkele medeklinker, tenzij de dubbele medeklinker nodig is voor de uitspraak.

Slide 21 - Diapositive