Woche 48

H2e Duits, Woche 48
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

H2e Duits, Woche 48

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Beginopdracht

Maak Aufgabe 6 op blz. 117.
Zoek in de tekst naar sportsoorten (= Sportarten) en naar sport-plekken (= Sportstätten).
Schrijf per categorie 3 woorden uit de tekst op, 
en 3 woorden uit Wörterliste A/B.

Slide 3 - Diapositive

Diese Woche:
Donnerstag (40 Min.)

Beginopdracht
HW bespreken
Herhaling 
Grammatik E
Hausaufgaben
Freitag (80 Min.)

Beginopdracht
Herhaling Grammatik E
Schreiben
LOGO
Gefahr am Strand
Dienstag (40 Min.)

Beginopdracht
HW bespreken
Grammatik E
Wörterliste B + D/F
Hausaufgaben

Slide 4 - Diapositive

Grammatik E
* Wat is het ezelsbruggetje om een regelmatig werkwoord in de tegenwoordige tijd te vervoegen? 

* Uitzondering: 
Bij werkwoorden met een stam op -d- of -t-, krijg je bij du, er/sie/es, ihr & het voltooid deelwoord een tussen-e! 
Dus bijv.: du antwortest ipv du antwortst, ihr redet ipv ihr redt. 
ihr antwortet, du antwortest, er antwortet

Slide 5 - Diapositive

Grammatik E
ich
warte
du
wartest
er/sie/es
wartet
wir
warten
ihr
wartet
sie/Sie
warten
volt. dw.
gewartet
ich
finde
du
findest
er/sie/es
findet
wir
finden
ihr
findet
sie/Sie
finden
volt. dw.
---
ich
arbeite
du
arbeitest
er/sie/es
arbeitet
wir
arbeiten
ihr
arbeitet
sie/Sie
arbeiten
volt. dw.
gearbeitet

Slide 6 - Diapositive

Grammatik E
Aufgabe 18 (S. 124)

Onderstreep per zin de juiste vorm van het werkwoord.

Slide 7 - Diapositive

Wörterliste B + D/F
S. 140

Slide 8 - Diapositive

Hausaufgaben für Donnerstag
- Maken: Aufgabe 18 (S. 124)

- Leren: Wörterliste D/F, eerste helft (S. 140)

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Beginopdracht

Vervoeg de werkwoorden tussen haakjes. Schrijf in je schrift:
1. Susan badet (baden) jeden Tag in der Nordsee.
2. Meldest (melden) du dich krank? Bist du denn erkältet?
3. Jonas reitet (reiten) gerne mit seinem Pferd auf dem Strand.
4. Warum hast du mir nicht geantwortet (antworten)?
5. Schneidet (schneiden) ihr eure Pizzas gerne in 6 oder 8 Stücke?

Slide 11 - Diapositive

Diese Woche:
Donnerstag (40 Min.)

Beginopdracht
HW bespreken
Herhaling 
Grammatik E
Hausaufgaben
Freitag (80 Min.)

Beginopdracht
Herhaling Grammatik E
Schreiben
LOGO
Gefahr am Strand
Dienstag (40 Min.)

Beginopdracht
HW bespreken
Grammatik E
Hausaufgaben

Slide 12 - Diapositive

Grammatik E
Aufgabe 19 (S. 125)

A: Schrijf per item de juiste vervoeging van het werkwoord op.

B: Schrijf in elke zin een werkwoord uit van A op (die je net vervoegd hebt). Let op, soms moet je ook het voltooid deelwoord gebruiken!

Slide 13 - Diapositive

Hausaufgaben für Freitag
- Maken: Aufgabe 19 (S. 125)

- Leren: Wörterliste D/F, helemaal (S. 140)



Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Beginopdracht
Vertaal:
Versie A
Versie B
de volwassene
de jongere
de vrije tijd
de dwarsfluit
boeken lezen
fietsen
muziek luisteren
naar de bioscoop gaan
oefenen
schilderen

Slide 16 - Diapositive

Diese Woche:
Donnerstag (40 Min.)

Beginopdracht
HW bespreken
Herhaling 
Grammatik E
Hausaufgaben
Freitag (80 Min.)

Beginopdracht
Herhaling Grammatik E
Schreiben
LOGO
Gefahr am Strand
Dienstag (40 Min.)

Beginopdracht
HW bespreken
Grammatik E
Hausaufgaben

Slide 17 - Diapositive

Grammatik E
Aufgabe 20 (S. 125)
Schrijf van de onderstaande werkwoorden de vorm met de persoon tussen haakjes op. Daarachter schrijf je ook het voltooid deelwoord.
1. baden (du)
2. arbeiten (er)
3. reden (sie, ev)
4. retten (ihr)
5. kosten (es)

Slide 18 - Diapositive

Schreiben
Aufgabe 22 (S. 126)

Lees het Facebookberichtje van Mara. 
Geef dan antwoord op de vragen eronder door de zinnen volledig te maken. 

Kom je er niet uit, gebruik dan Schreibecke E op blz. 143.

Slide 19 - Diapositive

Hausaufgaben für Dienstag
- Maken: 

- Leren: Wörterliste G, eerste helft (S. 141)



Slide 20 - Diapositive